Opnieuw hoge elektriciteitsrekeningen voor Spanjaarden

door admin
Opnieuw hoge elektriciteitsrekeningen voor Spanjaarden

Waar tussen 1 en 31 augustus de gemiddelde factuur van Spanjaarden met het vaste PVPC–tarief op 80,73 euro kwam, was dit vorig jaar nog 71,82 euro, dus 9 euro meer. Dit is de vierde duurste rekening ooit. Het allerduurst was in het eerste kwartaal van 2012 met 88,66 euro voor de gemiddelde gebruiker, gevolgd door januari 2017 met 87,81 euro en juli 2015 met 81,18 euro.

Op 5 september was de gemiddelde prijs 18,02 cent per kWh. Dit bedrag bestaat uit 14,16 cent plus 27,19% aan indirecte belastingen. Vorig jaar op 5 september was dat 14,55 cent (11,44 ct plus indirecte belastingen). Een toename van 23,8%.

De Spaanse consumentenvereniging Facua eist een gesprek met de Spaanse minister van Ecologische Transitie Teresa Ribera. Facua vindt dat een dergelijke schommeling in de tarieven niet meer kan en eist ook dat het ministerie de definitie van ‘kwetsbare consument’ verder uitbreidt. Deze krijgt aangepaste tarieven, zodat mensen met weinig middelen worden beschermd tegen al te grote schommelingen.

Facua wijst ook op het veilingmodel waarmee de tarieven voor elektriciteit in Spanje worden bepaald. Het is een duister systeem dat onderhevig is aan speculatie. Bovendien kunnen op één elektriciteitsrekening honderden verschillende prijzen zijn doorberekend, waardoor deze voor de consument zeer ondoorzichtig is en onmogelijk op fouten of fraude te controleren.

Hoe wordt de elektriciteitsrekening in Spanje bepaald?

De mate waarin je elektriciteitsrekening in Spanje hoger of lager wordt hangt af van welk contract je hebt met je energieleverancier. De helft van alle huishoudens in Spanje (circa 12 miljoen personen) heeft een contract met een vast tarief. De factuur van andere helft van de huishoudens is onderhevig aan de marktwerking.

Circa 35 procent van de elektriciteitsrekening is gebaseerd op de prijs die de commerciële providers voor elektriciteit betalen op de groothandelsmarkt. 25 procent gaat naar diverse belastingen die de consumenten via hun elektriciteitsrekening betalen aan diverse overheidsinstellingen. De overige 40 procent is voor distributiekosten, transport, onderhoud van het elektriciteitsnet en de kosten voor installatie van duurzame energiebronnen zoals wind- en zonneenergie.

De prijs wordt bepaald doordat voor het eerste gedeelte van de vraag naar elektriciteit de goedkoopste elektriciteit wordt ingekocht door de providers. Is die op, dan wordt de op een na goedkoopste elektriciteit ingekocht, en zo verder. Als de vraag naar elektriciteit erg hoog is, dat kan door een strenge winter of een hete zomer, dan komt men sneller aan bij de hoogste tarieven en die worden doorberekend.

Dit vind je misschien ook leuk