PP-leider wil Spaans geboortecijfer opkrikken door abortus te verbieden

door admin
PP-leider wil Spaans geboortecijfer opkrikken door abortus te verbieden

Met deze uitspraak heeft Casado voor onrust binnen zijn eigen partij gezorgd en veel verontwaardiging in de Spaanse samenleving. Met bovenstaande uitspraak gaf hij een wel erg opvallende motivatie voor zijn voorstel om terug te keren naar de wet op abortus uit 1985. 

Tot 1985 was abortus in Spanje geheel verboden. Daarna was het enkel mogelijk in geval van verkrachting, een misvormde foetus of wanneer er fysiek of psychisch gevaar optrad voor de moeder als gevolg van de zwangerschap. Door de wetswijzigingen die de sociaaldemocratische PSOE in 2010 doorvoerde, is abortus in Spanje zonder opgave van redenen mogelijk tot in de 14e week van de zwangerschap. In geval van een afwijking bij de foetus kan een abortus tot de 22e week.

De nationale vice-voorzitter van Organisatie van de PP, Javier Maroto gaf in dit opzicht eveneens argumenten die niet terug zijn te staven op basis van bestaande gegevens. ‘De meest voorkomende abortus in Spanje is die bij het derde kind. Zo wordt abortus gebruikt als anticonceptie-middel en dat is beestachtig’, zo zei Maroto in het televisieprogramma Espejo Público.

Volgens het laatste rapport over vrijwillige zwangerschapsafbreking van het ministerie van Zorg gebaseerd op gegevens uit 2017 had 45,8 procent van de vrouwen die in dat jaar tot abortus overging geen enkel kind. Slechts 20,15 procent van de vrouwen had al twee kinderen. Het gaat dus niet alleen niet om een meerderheid. Ook geven de officiële gegevens geen uitsluitsel over of het aantal kinderen dat deze vrouwen al hadden een reden vormden om tot abortus over te gaan. In de vragenlijst die bij elk geval van abortus moet worden ingevuld kan uit vier situaties worden gekozen: Of de afbreking van de zwangerschap op verzoek van de vrouw gebeurt; of ze abortus wil vanwege een ernstig risico voor haar leven of de gezondheid van de zwangere zelf; of er ernstig risico op afwijkingen bij de foetus bestaat of foetale afwijkingen die onverenigbaar zijn met het leven; of dat er sprake is van een ernstige of ongeneeslijke ziekte bij de zwangere vrouw.

Volgens het laatste onderzoek van ACAI (vereniging van geaccrediteerde klinieken voor zwangerschapsafbreking) uit 2014 waarin wel motieven zijn meegenomen, gaf 40 procent van de vrouwen aan hun zwangerschap te onderbreken ‘omdat ze op dit vitale moment in hun leven geen kind wilden’. Hieraan voegden ze toe dat ze dat ook geen kind zouden willen bij veranderingen in hun economische situatie, in relationeel en of in sociaal opzicht.

Langzame daling

Sinds de wetswijziging in 2010 waarin het vrouwen gemakkelijker werd gemaakt om tot abortus over te gaan in Spanje, is het aantal vrijwillige zwangerschapsafbrekingen niet gestegen, maar langzaam gedaald. Dit blijkt uit gegevens van het Spaanse ministerie van Gezondheid. Het aantal abortussen is van 11,78 per 1.000 vrouwen gedaald naar 10,51. In absolute cijfers ging het aantal abortussen van 113.000 in 2010 in eerste instantie omhoog naar 118.00 om vervolgens jaarlijks te dalen tot een totaal van 93.131 in 2016 en 94.123 in 2017.

Volgens Isabel Serrano, gynaecoloog bij de staatsfederatie van gezinsplanning bevestigen de cijfers elk jaar opnieuw dat het verkeerd is om te denken dat vrouwen abortus als anticonceptiemiddel inzetten. ‘Het belangrijke is dat sinds 2010 er jaarlijks bijna 20.000 minder abortussen worden uitgevoerd in Spanje’, zo zei Serrano in El País.

Dit vind je misschien ook leuk