Tot 23 juni gingen 38.544 hectaren in vlammen op. Met de branden van vorige week erbij zou het al om bijna 50.000 hectaren gaan. Dit jaar zijn er al 6.412 bosbranden geteld. Dat is 2,2 keer zoveel dan een jaar geleden. De gegevens zijn afkomstig van het Spaanse ministerie van Landbouw, Visserij en Voeding (MAPA).
De brand in Ribera del Ebro in Tarragona legde ruim 6.000 hectaren in de as. De brand in Almorox (Toledo) breidde uit naar de regio Madrid en verwoestte 3.300 hectaren en de brand bij Pedro Bernardo in Ávila heeft 1.300 hectaren veranderd in zwarte vlakten.
Het cijfer is 24 procent hoger dan het gemiddelde van de afgelopen tien jaar. Van alle 6.412 branden die zijn geteld, ging het in 3.909 gevallen om beginnende brandjes die niet groter werden dan 1 hectare. De resterende 2.503 waren bosbranden. Van die bosbranden waren er drie groter dan de grens van 500 hectaren. Dan worden het grote bosbranden genoemd. In 2018 was er één keer sprake van een grote bosbrand.
Van al het in vlammen op gegane terrein waren 4.450 hectaren bos, 26.825 betrof struikgewas en open bos en 7.268 hectaren aan beboste oppervlakten (met aangeplante bomen).
Volgens het ministerie van Landbouw vond bijna de helft van de branden plaats in het noordoosten van Spanje (49,8%), gevolgd door regio’s in ht binnenland (36,7%), mediterraan gebied (13%) en 0,45% op de Canarische Eilanden.