In 2008 werd de straatnaam onder druk van de toenmalige socialistische regering onder leiding van premier Zapatero veranderd in Call José Mondéjar, ter ere van een voormalige burgemeester van het plaatsje met slechts 130 inwoners.
Volgens de burgemeester gaat het om de geschiedenis van Spanje en moeten tegenstanders het net zo zien als een straat die is vernoemd naar katholieke koningin Isabella van Castilla. Bovendien vindt hij het niet oke dat een straat wordt vernoemd naar één burgemeester, terwijl er meerdere burgemeesters zijn geweest.
De socialistische partij PSOE en andere linksgeoriënteerde partijen zijn tegen de naamsverandering. Ze zijn van mening dat deze in strijd is met de Wet op het historisch Geheugen, ingevoerd toen Zapatero premier van Spanje was.
Onder deze wet moesten alle symbolen op de openbare weg die verwezen naar het regime van Franco uit het straatbeeld worden verwijderd. Tegenstanders wenden zich nu tot de provincie om te kijken of de naamsverandering nog teruggedraaid kan worden. Volgens Campillo hebben de inwoners van zijn dorp zich niet tegen of voor de naamswijziging getoond.
Naar schatting vielen er sinds het einde van de Spaanse burgeroorlog tot Franco’s dood in 1975 tussen de 150.000 en 400.000 doden. De schattingen lopen nogal uiteen en het is nog steeds niet precies bekend hoeveel vermisten er verborgen liggen in anonieme massagraven verspreid over het land.