Het gaat om FC Barcelona, Athletic de Bilbao, Osasuna (Pamplona), Valencia, Hércules (Alicante) en Elche. Op dezelfde dag werd het besluit bekendgemaakt dat de EC géén geldbedrag zal eisen van enkele Nederlandse voetbalclubs die met vergelijkbare financiële constructies werkten.
Real Madrid
Real Madrid moet 18,4 miljoen terugbetalen vanwege een uitwisseling van grond tussen de voetbalclub en de gemeente Madrid. Aan het einde van de jaren ’90 kwamen de twee partijen overeen dat er gemeentegrond beschikbaar gesteld zou worden aan de club. Uiteindelijk gebeurde dit niet en kreeg de club ter compensatie een ander stuk grond ter waarde van 22,7 miljoen euro. Dit bedrag komt voort uit een nieuwe schatting van de grond, die eerder slechts op een waarde van 595.000 euro geschat werd. Nu blijkt dat de gemeente slechts 4,3 miljoen euro heeft ontvangen en moet het resterende bedrag van 18,4 miljoen euro dus nog betaald worden door de Madrileense voetbalclub.
Valencia
De clubs Valencia, Hércules en Elche (alle drie clubs uit de regio Valencia) moeten respectievelijk 20,4, miljoen, 6,1 miljoen en 3,7 miljoen euro terugbetalen. Het gaat hier om bankgaranties van het Valenciaanse Financiële instituut (IVF), die een lening mogelijk maakte tegen een lager tarief. Enkele jaren geleden verkeerden deze clubs in financiële moeilijkheden en konden zij krediet krijgen dankzij het IVF dat garant stond. ‘Doordat zij deze bankgaranties achteraf niet hebben terugbetaald, hebben deze clubs economische voordelen gehad ten opzichte van andere clubs, die het zonder staatssteun moeten redden’, aldus de Europese Commissie in het rapport.
Voorkeursbehandeling
Verder moeten de clubs F.C. Barcelona, Athletic de Bilbao en el Osasuna tot 5 miljoen euro terugbetalen, wegens onrechtmatig verkregen belastingvoordelen. Deze voetbalclubs zijn sinds 1990 belast als organisaties zonder winstoogmerk. Hierdoor hoefden zij 5% minder vennootschapsbelasting te betalen. De Spaanse overheid heeft deze ‘voorkeursbehandeling’ begin dit jaar al afgeschaft, maar de EC eist dat de winst die de afgelopen 20 jaar is behaald ook wordt terugbetaald.
Besluit
Het besluit van de Commissie kwam nadat er drie onafhankelijke onderzoeken waren uitgevoerd. Deze leidden tot de conclusie dat de voetbalclubs door verschillende vormen van staatshulp ‘zijn bevoordeeld op een manier die oneerlijk is ten opzichte van andere clubs’ wat in strijd is met de regels van de Europese Gemeenschap over staatshulp.
Vrije mededinging
De Eurocommissaris voor Mededinging, Margrethe Vestager, legt uit dat ‘het gebruiken van belastinggeld om professionele voetbalclubs te financieren, een inbreuk kan zijn op de eerlijke concurrentie.’ Daar voegt ze aan toe dat: ‘Professioneel voetbal een commerciële activiteit is waar veel geld in omgaat. De besteding van overheidsgelden moet gebeuren volgens de regels van vrije en eerlijke mededinging. En in het geval van de onderzochte subsidies was dat niet het geval.’