Veel van die tolwegen liggen naast gratis verbindingen, dus wie extra kosten wil vermijden, rijdt lekker door over de ‘oude’ wegen. Die tegenvallende inkomsten en hoge kosten voor de aanleg van de mooie brede wegen hebben er nu toe geleid dat minstens acht van die tolwegen, de meerderheid rond Madrid, failliet zijn.
De eigenaren liepen echter als gevolg van een speciale clausule in het contract geen enkel risico. De staat is namelijk aansprakelijk voor het geval er iets mis zou gaan en de exploitatie van de wegen niet aan de verwachtingen zou voldoen.
Inmiddels stelt de Spaanse regering voor om de helft van de schuld kwijt te schelden en de andere helft om te zetten in obligaties met een looptijd van dertig jaar. Volgens een rapport van de Spaanse Rekenkamer lopen de kosten voor de staat nu op tot 3,7 miljard euro wanneer deze de concessies begin 2018 weer terugneemt.
Dit werd woensdag gemeld door de Spaanse minister van Fomento, Iñigo de la Serna. Datzelfde jaar zullen voor 700 miljoen euro aan obligaties worden aangeboden. De rest van de schuld zal bij de overheidsschuld geteld worden. De factuur kan nog hoger uitvallen vanwege schadevergoedingen in verband met het onteigenen van de grond voor de bouw van de tolwegen. Die betreft alleen al in het geval van de R-3 en de R-5 bij Madrid een bedrag van 229 miljoen euro.
Nieuwe infrastructuur
De la Serna kondigde ook investeringen in nieuwe infrastructuur aan. Deze zullen deels privaat en deels publiek worden gefinanciërd. Voor het gebruik van die nieuwe infrastructuur is geen tol voorzien. Wel moet de regering nog onthullen wat er gedaan gaat worden met de grote concessies die per 2018 verlopen, zoals het geval is bij de AP-1, AP-7 en de AP-4. Naar verwachting zullen ze niet verlengd worden, aangeboden worden met een lagere tol óf zal de tol volledig worden geschrapt en zullen de wegen worden vrijgegeven voor gewoon verkeer. Dit zou de staat 450 miljoen euro kosten.