Het noodweer van afgelopen week is inmiddels geregistreerd als het hevigste noodweer in de afgelopen 140 jaar. De intensiteit van de regen is sinds gisteren afgenomen, maar de overstromingen van de rivier Segura in het zuidoosten van Spanje zijn daarmee nog niet tot een einde gekomen.
Duizenden mensen kunnen nog niet naar hun huizen terugkeren en moeten het doen zonder drinkwater en elektriciteit. Ook de tuinbouwgrond van het gebied heeft zwaar te lijden gehad onder de extreme weersomstandigheden: geschat wordt dat ongeveer 300 duizend hectare tuinbouwgrond, een oppervlakte die vergelijkbaar is met de provincie Álava, is verwoest. President Ximo Puig van de autonome regio Valencia heeft om een ‘Marshallplan’ voor zijn regio gevraagd.
Vrees voor nieuwe overstromingen
De gemeente Orihuela (Alicante), met 75 duizend inwoners, is drie dagen lang ingesloten geweest door het water. Afgelopen zondag konden hier de belangrijkste wegen weer in gebruik worden genomen omdat het waterpeil van de rivier Segura op die plaats was gezakt. Ondanks de afname van de intensiteit van de regen, zijn ze op andere plaatsten nog niet zo ver: in Almoradí en Dolores, ook in de provincie Alicante, worden nog steeds mensen uit het gebied geëvacueerd omdat er gevreesd wordt voor nieuwe overstromingen.
Grote schade voor citrusvruchten- en druiventeelt
De AJA (de Vereniging voor Jonge Landbouwers) meldt in een eerste inschatting dat er 150 duizend hectare tuinbouwgrond voor onder andere de citrusvruchten- en druiventeelt verloren zal zijn in het gebied tussen de gemeente Elche en Pilar de la Horadada. Voor nog eens dezelfde hoeveelheid verloren land- en tuinbouwgrond wordt gevreesd in de provincie Murcia door de verloren gegane infrastructuur en overstromingen. Het totale aantal hectares dat door het noodweer onbruikbaar is geworden, is zelfs nog groter als er ook naar andere teeltsoorten wordt gekeken en naar de overige gebieden die te lijden hebben gehad onder de overstromingen.
Regio Madrid en Castilla-La Macha
Door het noodweer hebben ook woningen in de steden Guadalajara en Cabanillas in de autonome regio Castilla-La Mancha wateroverlast ondervonden. In Mora (Toledo) kreeg alarmnummer 112 een ‘aanzienlijke’ hoeveelheid meldingen van incidenten en werd de bewoners aangeraden alle nodige voorzorgsmaatregelen te treffen.
In de autonome regio Madrid zorgde overstromingen in Arganda del Rey voor het afsluiten van de metrolijn die deze regio met de hoofdstad verbindt. Ook de weg tussen Madrid en Valencia kon niet meer worden gebruikt. In de middaguren kreeg alarmnummer 112 hier 366 meldingen die te maken hadden met het noodweer. Het betrof voornamelijk overstromingen, grote waterplassen en kapotgeslagen muren.
Grootschalige hulp
Premier Sanchez heeft gisteren laten weten dat er niet bezuinigd zal worden op de herstelwerkzaamheden van de aangerichte materiële schade. Zaterdag bracht hij een bezoek aan de overstroomde gebieden, vandaag zal hij daar nogmaals terugkeren. Ook regioministers uit Alicante en Murcia bezochten de overstroomde gebieden om getuige te zijn van de reddingswerkzaamheden waarbij duizenden mensen betrokken waren, waaronder staatsveiligheidsagenten, brandweer, militairen, leden van de Burgerprotectie en het Rode Kruis. Ook koning Felipe VI heeft afgelopen zondag contact gehad met de presidenten van de aangedane autonome regio’s.
Marshallplan
Ximo Puig, president van de autonome regio Valencia, wil voor zijn regio een alternatief ‘Marshallplan’ in werking stellen voor de meest getroffen gebieden. De hulp moet gericht zijn op de ‘zeer ernstige’ economische en sociale geleden schade door de gota fría. Voor het plan is volgens Puig hulp nodig van de Spaanse overheid, de EU en overige regeringen.
Ook de regioregering van Murcia heeft zaterdag een verzoek ingediend om de regio als rampgebied te verklaren. President Fernando López Miras van Murcia spreekt over “het ergste noodweer dat we hebben meegemaakt” en dat de gemeenten “een regelrechte nachtmerrie meemaken”. “Pas als het water weer weg is, kunnen we de schade opmaken van wat er gebeurd is. Er zullen nare beelden overblijven van het noodweer dat ons zo getroffen heeft” voegde de president eraan toe.