Uit een onderzoek van de Universiteit van Barcelona in samenwerking met de waterzuiveringsinstallatie in de Catalaanse hoofdstad blijkt dat deeltjes van het COVID-19-virus al op 15 januari zijn gedetecteerd in het afvalwater van Barcelona. Dit is precies 41 dagen voordat de eerste persoon – een 36-jarige Italiaanse vrouw die op vakantie was in Catalonië – positief werd getest op COVID-19.
Tot medio januari waren watermonsters schoon
Deskundigen hebben sinds oktober 2019 watermonster van het afvalwater in Barcelona bestudeerd op sporen van het coronavirus en tot medio januari is er niks merkwaardigs aangetroffen. Dit maakte Albert Bosch, voorzitter van de Spaanse vereniging voor Virologie en hoogleraar Microbiologie aan de universiteit van Barcelona, bekend.
Bestuderen afvalwater betrouwbare manier bij detectie COVID-19
Bosch liet weten dat het nemen van watermonsters voor de toekomst een betrouwbare manier is om te anticiperen op een mogelijke tweede coronagolf aan besmettingen in het land of op een bepaalde plek. “Het is verre van eenvoudig, maar deze manier van onderzoeken geeft de Spaanse regering de tijd om maatregelen te nemen zodra er COVID-19-deeltjes in het afvalwater gedetecteerd worden,” aldus Albert Bosch.
Een derde van geïnfecteerde Catalanen had geen corona-symptomen
De voorzitter van de vereniging voor Virologie is van mening dat een derde van de geïnfecteerde bevolking in Catalonië asymptomatisch is geweest. Aan het afvalwater was volgens hem wel te zien dat dit deel van de Catalaanse bevolking besmet is geweest met COVID-19. Op dit moment worden er nog steeds deeltjes van COVID-19 aangetroffen in het afvalwater op verschillende plekken in Catalonië.