De Spaanse bank wijst die stijging deels toe aan de grote kwetsbaarheid op de Spaanse arbeidsmarkt waardoor vooral starters niet in aanmerking komen voor een hypotheek en deels aan de opkomst van vakantieverhuur via online verhuurplatforms. De kosten van huurwoningen zijn de lucht in geschoten in relatie tot die van de aankoop van woningen. Deze stegen in dezelfde periode met 6,8 procent, zeven keer minder.
Regionale verschillen
De huren gingen in verschillende delen van Spanje harder omhoog dan in andere. In de provinciehoofdsteden stegen de huren gemiddeld met 40 procent tussen 2013 en 2019, terwijl er in andere gebieden slechts 10 procent huur bijkwam. De huren stegen zoals valt te verwachten het meest in de grote steden Barcelona, Madrid en Balencia, maar ook in steden in populaire streken voor toeristen zoals Palma, Malaga, Las Palmas de Gran Canaria en Santa Cruz de Tenerife.
Steeds meer mensen huren
Volgens de Spaanse bank is het gewicht van de huurmarkt gestegen van 19,4 procent in 2005 tot 23 procent in 2018. Dat wil zeggen dat 23 procent van de bevolking in Spanje in een huurwoning woont. In de EU is dat gemiddeld 30,7 procent. Het aantal huishoudens in Spanje met een huurwoning lag in 2018 ietsboven de 3 miljoen, ten opzichte van 2,4 miljoen in 2008.
Slechts in vier autonome regio’s ligt het aantal mensen dat in een huurwoning woont boven het landelijk gemiddelde: Balearen met 28,3 procent, Catalonië met 26,3 procent, Madrid met 23,6 procent en Canarische Eilanden met 19,5 procent.
De Spaanse bank laakt het feit dat er in Spanje geen ‘officiële prijsindex voor huurwoningen bestaat. Daarom moest de instelling zich bij het onderzoek baseren op gegevens van het grootste onroerendgoedplatform Idealista.