De laatste verkiezingen waren in april dit jaar. Volgens bronnen van het ministerie van Binnenlandse Zaken waren de kosten daarvan 136 miljoen euro. Deze uitgave zal voor de ronde in november vergelijkbaar zijn, plus nog een lening aan de partijen van ongeveer 31 miljoen euro. Het totaal komt daarmee op 167 miljoen.
Vier verkiezingen in vier jaar
De uitgaven van het budget zijn heel divers: van papier-, print-, en verzendkosten van de stembiljetten tot de propagandakosten van de partijen. Alleen al de organisatie van de laatste vier verkiezingen, gehouden tussen 2015 en 2019, hebben in totaal 540 miljoen euro gekost.
Voor het bekostigen van verkiezingen heeft de ministerraad in maart jongstleden toestemming gegeven voor verhoging van de kredietverlening van ruim 134 miljoen euro, afkomstig uit een fonds dat bestemd is voor onvoorziene uitgaven die niet kunnen worden uitgesteld.
Kosten verkiezingen
Bij de laatste verkiezingen van 28 april is bijna 59 miljoen euro besteed aan de stembiljetten, het organiseren van verkiezingsdebatten en het besturen van de kiescolleges. Het stemmen via de post kostte alleen al 56,5 miljoen euro. De organisatiekosten voor de stembureaus en verkiezingscommissies bedroegen ruim 14 miljoen euro. De uitgaven voor de voorlopige tellingen en de telecommunicatie tijdens de verkiezingsnacht bedroeg bijna 8 miljoen euro.
Verlaging van de partijsubsidie
Omdat het in november om herhaalde verkiezingen gaat, zal de verkiezingscampagne 8 dagen duren in plaats van de gebruikelijke 15 dagen. De totale algemene kosten zullen hierdoor niet lager zijn. In navolging van de Organische Algemene Verkiezingswet wordt voor de komende verkiezingen, omdat dit herhaalde verkiezingen betreft, het subsidiebedrag voor onvoorziene kosten met 30% verlaagd. Dit komt door een wetswijziging die in 2016 werd doorgevoerd en nu voor het eerst voelbaar is voor de politieke partijen.
Het ministerie van Financiën houdt bij de verdeling van het subsidiebedrag rekening met het aantal stemmen en zetels van elke partij. Bij de verkiezingen van afgelopen april was het totale subsidiebedrag 41 miljoen euro. In november mogen de partijen samen 31 miljoen euro verdelen. Zonder de 30% subsidieverlaging wegens herhaalde verkiezingen, zou dit 44,3 miljoen zijn geweest.
De PSOE krijgt met 11 miljoen euro het hoogste subsidiebedrag. Voor de PP is maar 6,5 miljoen weggelegd omdat zij minder stemmen kregen en zetels hebben ingeleverd. Dat is voor deze partij nog maar de helft van wat ze in april ontvingen. Ciudadanos, de partij die veel winst boekte bij de verkiezingen van april, krijgt 5,5 miljoen euro. Dat is meer dan het dubbele van het bedrag dat ze drie jaar geleden kregen. De extreemrechtse partij Vox krijgt nu voor het eerst een subsidie, deze bedraagt bijna 2 miljoen euro.