Dood dagloner zet schijnwerper op kwetsbaarheid migranten in Spanje

door admin
Dood dagloner zet schijnwerper op kwetsbaarheid migranten in Spanje

Zaterdag stierf Blandón in een gezondheidscentrum in Murcia aan een zonnesteek nadat hij daar werd gebracht in een busje en eruit werd gezet bij de ingang van het centrum. De Spaanse krant El País schrijft dat het busje zich vervolgens snel uit de voeten maakte. Blandón werkte die dag, waarop het kwik 44 graden bereikte, al vanaf 5 uur ’s ochtends op een kwekerij van watermeloenen. Hij kreeg geen water en ook geen hulp toen hij zich slecht begon te voelen. Twee dagen eerder had hij ook al verschijnselen gehad van een oververhitting. Er werd geen ambulance gebeld.

Volgens zijn familie kon Blandón het zich niet veroorloven te stoppen met werken, ook al was dat onder zware en uiteindelijk noodlottige omstandigheden. Tegen zijn zus Ana zou hij op een dag hebben verteld dat hij werd uitgescholden, tegen hem werd geschreeuwd, hij te langzaam zou zijn en hij met zijn gezicht in het stof werd geduwd als hij op een bepaald moment uitgeput door zijn knieën zakte. Afgelopen zaterdag zouden zijn werkgevers hem, nadat hij ineen was gezakt op het veld, hebben verteld dat hij moest wachten op het einde van de werkdag voordat hij met een busje naar het gezondheidscentrum vervoerd kon worden. Dat bleek voor de Nicaraguaan te laat. 

Blandón kwam vorig jaar oktober aan in Bilbao vanuit Nicaragua, waar hij zijn zwangere vrouw vier kinderen achterliet. Bij de kweker in Murcia werkte hij van 7 uur ’s ochtends tot 18 uur en ontving hij daarvoor 30 euro. Ze konden eten om 10 uur en om 15 uur maar kregen dan niet doorbetaald. Van het dagloon werd 6 euro ingehouden voor het vervoer met het busje. 

Blandón had niet veel keus. Hij had geen papieren en zocht in Spanje niet alleen een beter leven voor zijn gezin, maar emigreerde om zijn eigen leven te redden. In Nicaragua werd hij vervolgd en bedreigd door het regime van Daniel Ortega omdat hij daartegen enkele malen had gedemonstreerd. Omdat zijn zus Ana in het Spaanse Almería woonde, zocht hij haar hulp. Hij vloog naar Bilbao, vroeg asiel aan maar met het overbezette systeem werd hij nooit opgeroepen tot maanden later. Toen kwam de coronapandemie en lag alles stil. Wel kon hij gedurende zes maanden legaal in Spanje verblijven en werken. Alleen omdat zijn status nog niet formeel was, mocht hij niet legaal aan het werk. Om toch geld te verdienen begon hij bij de meloenkweker in Murcia te werken tot zijn procedure kon worden voortgezet.

Dood had voorkomen kunnen worden

Inmiddels heeft de Guardia Civil een man uit Ecuador van 50 jaar gearresteerd die ervan wordt beschuldigd een delict tegen de arbeidsrechten te hebben gepleegd. De man zou een uitzendbureau hebben en de baan hebben aangeboden aan Blandón. De verdachte was echter niet de eigenaar van de kwekerij. Daarnaar loopt volgens een woordvoerder bij de Guardia Civil het onderzoek nog. Volgens Glenda García had deze dood voorkomen kunnen worden. García werkt samen met de Vereniging Nicaraguita die opkomt voor de rechten van Nicaraguanen in Spanje en overweegt een particuliere aanklacht in te dienen. 

Geld voor repatriëring 

De familie probeert nu de 5.000 euro bij elkaar te brengen die nodig zijn voor de repatriëring van Blandóns stoffelijke resten naar zijn geboortedorp. Het betreffende bankrekeningnummer gaat al rond op diverse sociale media. 

In de Spaanse landbouwsector zijn veel migranten zonder papieren aan het werk. Dat ze illegaal zijn zorgt regelmatig voor misbruik, slechte arbeidsomstandigheden en afwezige arbeidsrechten. Vaak wonen de dagloners met zijn allen in krottenwijken in omstandigheden die de laatste tijd ook aandacht vragen vanwege de hogere kans dat in dergelijke wijken of woningen corona-uitbraken plaatsvinden. 

Dit vind je misschien ook leuk