Het Europees Hof voor de Rechten van de Mens is ervan overtuigd dat Mattin Savasola en Igor Portu zijn mishandeld en daarvoor moet Spanje hen nu schadeloos stellen. Er was aangifte gedaan van marteling, maar dat acht het Hof niet bewezen. Eerder werden de vier agenten om wie het ging door een Spaanse rechtbank veroordeeld, maar in hoger beroep door het Hooggerechtshof werden ze weer vrijgesproken. Dit hof achtte het niet bewezen dat de ETA-leden hun verwondingen hadden opgelopen door toedoen van de agenten of tijdens hun arrestatie. Vervolgens wees het Spaanse Grondwettelijk Hof een nieuw hoger beroep tegen die vrijspraak weer af.
De twee terroristen werden in mei 2010 veroordeeld voor in totaal 1.040 jaar cel en zitten sindsdien vast in twee verschillende gevangenissen in Andalusië. Bij de aanslag die ze 30 december 2006 pleegden bij Terminal 4 op vliegveld Madrid-Barajas kwamen twee Ecuadorianen om het leven.
Het Europees Hof stelt nu vast dat de twee mannen na hun arrestatie in januari 2008 geslagen, geschopt en bedreigd zijn. Van de 15 agenten die bij de aanhouding betrokken waren zouden vier agenten de twee met de dood hebben bedreigd en hebben geslagen. Een van hen moest worden opgenomen op de intensive care. Beiden hadden weken nodig om te revalideren. In dit opzicht is volgens het Hof artikel 3 van het Europese Verdrag van de Fundamentele Vrijheden geschonden. Dit artikel verbiedt marteling. Al is marteling nu niet vastgesteld, het Hof oordeelt wel dat de behandeling die de ETA-leden kregen van de agenten ‘onmenselijk en vernederend’ is geweest.