De betogers manifesteerden op vreedzame wijze voor het recht op zelfbeschikking van de Catalanen om hun regio los te weken van Spanje. Volgens de autoriteiten waren er 18.000 mensen op de been, maar volgens de organisatoren lag dat aantal met 120.000 een stuk hoger.
De manifestatie werd georganiseerd om steun te betuigen aan de Catalaanse separatistische politici tegen wie nu een proces wordt gehouden in Madrid en om zelfbeschikkingsrecht op te eisen voor de Catalanen. De betoging werd georganiseerd door ruim zestig groepen die tegen het ‘proces’ zijn en voor wie het recht om te beslissen ‘geen delict is’. De betoging ging van start in het centrum van Madrid en vooraan liep de huidige Catalaanse premier Quim Torra mee die werd vergezeld door een groot deel van zijn regering.
Torra vraagt Spanje om te luisteren naar de ‘schreeuw om vrijheid’ en ‘onafhankelijkheid’ die de manifestatie voortbracht. Hij voegde toe: ‘We zullen niet stoppen en we laten ons niet stoppen’. Torra verdedigde dat er ‘geen kleine strijden bestaan voor burgerlijke rechten en geen grote reizen naar het recht op zelfbeschikking’. Hij eist dat Spanje onderzoekt en bestudeert wat is misgegaan waardoor ‘zoveel mensen een beroep doen op het zelfbeschikkingsrecht’.
Torra uitte zijn solidariteit met de ‘gevangen genomen collega’s en collega’s die op de vlucht zijn in het buitenland en noemde het proces dat op dit moment plaatsvindt in het Spaanse Hooggerechtshof een ‘farce’. Volgens Roger Torrent, voorzitter van het Catalaanse parlement, is het politieke conflict tussen Catalonië en Spanje alleen op te lossen via democratische weg.
De in België verblijvende voormalige premier van Catalonië, Carles Puigdemont noemde de manifestatie een ‘succes’ en ziet het als ‘heel belangrijk’ dat de betoging een ‘feestelijk en vreedzaam’ karakter had.
Het centrum van Madrid kleurde geel van de vele Catalaanse vlaggen en de gele banden. Betogers droegen transparante stembussen bij zich en slogans in het Catalaans. De manifestatie ging van start bij station Atocha en eindigde op Plaza de los Cibeles. Catalanen werden met zeker 500 bussen naar de Spaanse hoofdstad vervoerd en vijftien extra AVE treinen.
Volgens de organisatie zijn er ook mensen uit Galicië, Baskenland, Asturië, Andalusië en Castilla y León naar Madrid gekomen om steun te betuigen aan de Catalaanse zaak. De manifestatie eindigde tegen de avond met duizenden mensen die L’ Estaca, zongen. Een lied waarin de roep naar eenheid klinkt en om zich te bevrijden van de Spaanse repressie. Het lied dateert uit 1968 en werd destijds gezongen tegen de dictatuur van Franco.