In Madrid daalde de prijs voor bestaande woningen met 3,85 procent en in Barcelona met 3,26 procent. Dit zijn de grootste dalingen in het land en de grote steden geven doorgaans de weg aan die door andere plaatsen en regio’s gevolgd zal gaan worden. Het is de eerste keer dat de prijs voor bestaande woningen is gedaald na vijf opeenvolgende jaren van stijging.
Dit blijkt uit een rapport van Tecnocasa dat in samenwerking met de Universiteit Pompeu Fabra in Barcelona tot stand kwam. Barcelona blijft de plaats in Spanje waar een vierkante meter het duurst is met 3.143 euro. Madrid volgt met 2.594 euro per vierkante meter.
Op landelijk niveau is de nominale woningprijs verminderd met 34 procent sinds de hoogste prijzen werden geregistreerd eind 2006 en begin 2007. Toen betaalde men voor een vierkante meter bestaande woning nog 3.500 euro. Op basis van deze gegevens concludeert men in het onderzoek dat de huidige prijzen zich op het niveau van 2011 bevinden.
Ondanks de daling in de twee grootste Spaanse steden tonen plaatsen als Sevilla, Hospitalet de Llobregat, Zaragoza, Málaga of Valencia nog steeds prijsstijgingen, hoewel deze gematigder zijn.
De huurprijs voor bestaande woningen is in 2019 voor het vierde achtereenvolgende jaar juist gestegen. Deze liglt op nationaal niveau op 11,61 euro per vierkante meter. Dat is 4,6 procent meer dan in 2018. In Madrid steeg de huurprijs per vierkante meter met 3,79 procent en in Barcelona met 2,13 procent tot 15,32 euro per vierkante meter.
Lázara Cubero van Tecnocasa wees erop dat ‘we op een moment zijn aangekomen van een daling van de prijzen en een aanpassing van de woningmarkt, hoewel er geen tekenen zijn die wijzen op een crisis’. Volgens Cubero gaat het om een stabilisatie van de woningprijzen op een markt die jaren achtereen een positieve groei doormaakte.