Volgens voorzitter Antonio Bañuelos van de Spaanse Unie voor Vechtstierenfokkers (UCTL) is de stilstand van de sector vooral desastreus voor de fokkers van de stieren. Niet alleen moeten deze reusachtige dieren iedere dag met kostbaar veevoer worden gevoed, maar ook hun ‘houdbaarheid’ is zeer beperkt.
Grote investering voor korte duur
Bañuelos vertegenwoordigt met zijn noodkreet liefst 347 vechtstierenfokkers die aangesloten zijn bij de UCTL. Zij kunnen hun dieren door de coronacrisis niet meer kwijt en zien zich genoodzaakt hun veestapel te reduceren. Dat is een hard gelag, want pas op vierjarige leeftijd zijn de vechtstieren klaar voor de arena en op zesjarige leeftijd is het alweer voorbij. Voor deze twee jaar is er al zo’n 5 duizend euro in een stier geïnvesteerd, alleen al voor zijn voedsel. Bovendien vereist een vechtstierenfokkerij drie tot vijf keer meer mankracht dan een gewone veehouderij.
Domino-effect voor andere sectoren
Nu er al ruim een jaar geen stierengevechten meer zijn wordt de situatie onhoudbaar en rest de stieren alleen nog een gang naar de slacht. Daar brengen ze voor de fokkers niet meer dan 300 tot 500 euro op. Vechtstierenfokker Juan Pedro Domecq schat zijn verlies in op 4 tot 6 duizend euro per stier. In een arena als Las Ventas in Madrid zou een vechtstier tussen de 10 en 12 duizend euro opbrengen. Nu zijn de enige inkomsten een paar honderd euro van het slachthuis. Met een omzetverlies van 90 procent zit er niets anders op dan het personeel te ontslaan en het bedrijf te sluiten. Dat heeft weer een domino-effect op andere sectoren rondom het stierenvechten zoals die van het veevoer, een van de rurale sectoren met de grootste werkgelegenheid.
Regio Madrid komt met grootste steun
Een uitzondering is er voor de vechtstierenfokkers in de regio Madrid. Hier heeft het deelbestuur blijk gegeven van het belang van de sector door maximaal 100 duizend euro toe te kennen per fokkerij. Daarvan kunnen 21 fokkers profiteren die aangesloten zijn bij de UCTL. Volgens Buñuelo ziet de regio Madrid daarmee het economische en culturele belang in van de sector, met name voor de lege, rurale gebieden in Spanje. De overige regio’s keren maar maximaal 6 tot 7 duizend euro uit per fokkerij, met uitzondering van Castilië-La Mancha, daar krijgen de vechtstierenfokkers zelfs helemaal niets.
Gevolgen voor de natuur
Naast de economische gevolgen (vóór de coronapandemie bracht de sector jaarlijks zo’n 4 miljard euro in de Spaanse economie), heeft het verdwijnen van de vechtstier ook ecologische gevolgen. De dieren spelen namelijk een belangrijke rol in het behoud van de natuur. In de wei zorgen de stieren voor een harmonieus samenleven van andere diersoorten, zijn de nitraten die zij uitstoten minder schadelijk voor het milieu dan van ander vee, en worden er in de gebieden waar vechtstieren grazen geen pesticiden gebruikt.