Andrea de la Hoz, senior analist bij Tinsa, legt uit: “De variaties in 2021 laten stijgingen van de huizenprijzen zien, zij het op een meer gematigde manier dan de jaar-op-jaar variaties, die worden geaccentueerd door de huidige groei te vergelijken met de dalingen in 2020 als gevolg van de coronapandemie.”
De Middellandse Zeekust en de twee eilandengroepen Balearen en Canarische Eilanden zijn sinds september vorig jaar met respectievelijk 12,1 procent en 10 procent gestegen. De kleinere steden hebben een stijging van 11,2 procent. In Madrid, Barcelona en de grote steden stegen de huizenprijzen met 6,7 procent. Aan de andere kant zijn de grootstedelijke gebieden van deze steden degenen die gematigder groeien met slechts 5,7 procent.
De Tinsa-analist voegt toe: “De aanhoudende reactivering gedurende de maanden 2021 wordt weerspiegeld in prijzen, verkopen, hypotheken en het aantal visa, binnen een algemene context van externe en interne factoren voor de vastgoedsector die wijzen op een stijgende trend, hoewel voorspelbaar van beperkte route”.
Sinds de dieptepunten na de financiële crisis van 2008 hebben huizen gemiddeld 23,6 procent van hun waarde teruggekregen. Desondanks liggen de prijzen nog steeds 29 procent onder de waarde die huizen ooit hadden. In de grootste steden, de Balearen en de Canarische Eilanden, zijn de prijzen het beste hersteld.