‘No tinc por’ of ‘Ik ben niet bang’, was de algemene leus van de deelnemers in reactie op de aanslagen van 17 augustus die tot nu toe 16 dodelijke slachtoffers eisten en waarbij 126 personen gewond raakten. De Spaanse koning Felipe doorbrak de traditie dat het koningshuis nooit meedoet aan demonstraties en andere manifestaties en koerste in een politiek bewogen periode naar Catalonië.
De burgemeester van Barcelona, Ada Colau had bepaald dat de voorste rijen van de manifestatie bezet zouden worden door de vanwege het accurate optreden veelgeprezen Catalaanse politie en de noodhulpdiensten. Zij liepen gezamenlijk met de winkeleigenaars, taxichauffeurs en anderen die eveneens als eerste bij de slachtoffers waren om hulp te bieden. Daarachter kwamen politici en andere hoogwaardigheidsbekleders zoals de burgemeester zelf, de Spaanse premier Mariano Rajoy, de koning en de regionale premier Carles Puigdemont en de voorzitter van het Catalaanse parlement Carme Forcadell.
Tegen zes uur zaterdagmiddag ging de manifestatie van start. Deze zou een uniforme statement tegen moorddadig kwaaad moeten zijn. Bij aankomst echter werd de Spaanse koning al uitgefloten. Achter de koning was een zee van Catalaanse vlaggen te zien. Ook in zijn achtergrond banners met de tekst ‘Jullie politiek, onze doden’. Verderop werd nog een banner omhoog gehouden waarop koning Felipe handen schudt met de koning van Saudi Arabië. Deze teksten kregen gezelschap van teksten als ‘de beste reactie: vrede’ en
Nu nog liepen de Catalaanse en Spaanse regeringsleiders gezamenlijk mee, terwijl ze eigenlijk in een heftige strijd verwikkeld zijn rond de Catalaanse onafhankelijkheid. Deze strijd raakte even naar de achtergrond door de verschrikkelijke gebeurtenissen in Barcelona en Cambrils van 17 augustus. Toch wisten honderden Catalaanse separatisten de aandacht bij de mars toch op hun onafhankelijkheidsstrijd te richten. De separatistische politicus Jordi Sanchez van de nationalistische Catalaanse partij ANC zei op Twitter: ‘De beste reactie op de aanwezigheid van staatshoofden is duizenden vlaggen met de black ribbon en een unaniem #WijZijnNietBang. Welke vlaggen dat dan moesten zijn, zei hij er niet bij, maar het werden vooral veel Catalaanse vlaggen.
De pro-onafhankelijkheidsregering in Catalonië is vast van plan het referendum over onafhankelijkheid van 1 oktober aanstaande door te laten gaan. De regionale premier Puigdemont zou tegen Rajoy hebben gezegd dat er al 6.000 stemboxen besteld zijn. Hierin kunnen mensen hun antwoord deponeren op de vraag ‘wil je dat Catalonië een onfhankelijke republiek zal zijn?’. Puigdemont gaf aan niet te zien hoe de staat het referendum kan tegenhouden.
Die staat heeft echter via het Consitutionele Hof bepaald dat een dergelijk referendum illegaal is. Deze context maakt de aanwezigheid van koning Felipe bij de manifestatie van zaterdag extra gevoelig. Rajoy noemde de aanwezigheid van de koning ‘enorm positief’ want ‘hij vertegenwoordigt alle Spanjaarden die er vandaag niet bij kunnen zijn en toont medeleven met de mensen van Barcelona, Cambrils, de Catalanen, de slachtoffers en de afwijzing van terrorisme.’
Ook tussen de landelijke en Catalaanse politiekorpsen heerst strijd. De separatisten zien in de wijze waarop de Mossos d’Esquadra de aanslag, de gevolgen ervan hebben behandeld en de efficiënte wijze waarop ze de terreurcel hebben opgelost als bewijs dat Catalonië als onafhankelijke staat kan optreden. Anderen zien in de aanslag een teken dat nu meer eenheid dan ooit nodig is.
Ook in andere steden werd zaterdag een mars gehouden, zoals in Madrid, Vido en Valencia.