Kleinere Spaanse steden kampen met structurele problemen en leegloop

door admin
Kleinere Spaanse steden kampen met structurele problemen en leegloop

De pandemie heeft de situatie in dezep provinciesteden alleen maar verergerd, schrijft El Confidencial op 3 mei. Veel jongeren trekken er weg. Steden als bijvoorbeeld León, Jaén, Soria en Salamanca hebben niet alleen te lijden onder de verwoestende gevolgen van het coronavirus, maar zijn ook op economisch gebied slachtoffer. Toerisme lijkt een laatste redmiddel, maar dit zijn ook voor het toerisme geen goede tijden.

Telewerken geen oplossing voor leegloop

Salamanca zag na 2019 vooral jongere inwoners vertrekken. In 2008 telde de provincie 113.087 inwoners in de leeftijdscategorie 15-39 jaar; nu zijn dat er nog 79.456. Salamanca had nog even hoop dat de uittocht uit de grote hoofdsteden door Covid-19 de stad ten goede zou kunnen komen. Provincies dicht bij Madrid, zoals Ávila, Toledo of Guadalajara, hebben het inwonersaantal wel iets zien toenemen, maar Salamanca is, ondanks de mogelijkheid van telewerken, toch net te ver van Madrid verwijderd. De fysieke afstand blijft belangrijk voor veel mensen, en de optie van telewerken blijkt niet afdoende om het probleem van de trek uit de kleine steden tegen te gaan.

Het lege Spanje of het leeggelopen Spanje

De campagne ‘Leeg Spanje’, die het beeld opriep van idyllische bergdorpjes, kleine steden met weinig inwoners en prachtige landschappen, maakte al snel plaats voor ‘het leeggelopen Spanje’. Er zijn initiatieven uitgewerkt om de verlaten plaatsen opnieuw te bevolken, er zijn voorbeelden gegeven van succesvolle plattelandsondernemers, maar het gevoel dat dit een Spanje was dat op het punt stond te verdwijnen, bleef onophoudelijk doorklinken. Bij sentiment zijn de steden niet gebaat, wel bij een efficiënte benadering. 

Maatregelen

Bedrijfsverplaatsingen, het ontbreken van een bedrijfsstructuur en het ontbreken van plannen hebben deze grote en kleine steden (niet alleen de provinciehoofdsteden) in verval gebracht. Ze zijn cruciaal voor het land, maar kunnen moeilijk opboksen tegen steden als Madrid en Barcelona, met mondiale mogelijkheden en de meeste middelen. Met ‘hubs’ en festivals, de bouw van musea, conferentiecentra, nieuwe stadions en architectonische meesterwerken, probeerden zij het wel.

Een weekendje weg naar een van deze steden, van Gijón tot Vigo, van León tot Granada, van Valencia tot Teruel, bevestigt dat deze omgetoverde steden gastvrij zijn, met een aanbod dat niet onderdoet voor dat van de grote steden. 

Lapmiddel

Ondanks al deze inspanningen lijkt de achteruitgang niet te stoppen. Niet onverwacht, want dergelijke initiatieven waren lapmiddelen, geen oplossingen. Grotendeels omdat een mooi plaatje niet genoeg was om de welvaart te doen terugkeren. Daar is werkgelegenheid voor nodig. 

Ook de komst van glasvezel naar de meest afgelegen plaatsen zal niet afdoende zijn om verloederde omgevingen economisch nieuw leven in te blazen. Telewerken zal er niet voor zorgen dat kleine steden en plattelandsgebieden hun bevolking kunnen terugwinnen. Slechts een kleine minderheid van de Spaanse bevolking kan haar woonplaats kiezen, maar voor het merendeel is werk een belangrijke factor bij de keuze voor een woonplaats. Digital nomads zouden wel kunnen worden aangetrokken om te telewerken in zonnig Spanje, maar ook dat is een pleister op de wond. 

Het voorbeeld van de Basken 

Baskenland heeft tijdens de-industrialisatie veel geld geïnvesteerd om de steden aantrekkelijker te maken. Het beste voorbeeld hiervan is de verandering van Bilbao en de bouw van het Guggenheim Museum. Toch waren de Baskische politici niet blij met deze verandering, zij hadden zich onderscheiden als industriegebied en dat wilden zij blijven.

Met dat doel voor ogen hebben zij, met steun van de Baskische regering en een spaarbank, een belangrijk netwerk tot stand gebracht, waardoor zij de overblijvende industrie hebben heropgebouwd en nieuwe ontwikkelingsgebieden hebben gecreëerd. Daardoor creëerden zij werkgelegenheid, een betere infrastructuur en een hogere levensstandaard in vergelijking met de rest van Spanje.

Deze aanpak lijkt ook voor de rest van Spanje een goede optie te zijn: het heeft weinig zin te investeren in digitalisering en de groene economie als er op middellange en lange termijn geen banen en economische vitaliteit worden gegenereerd. 

Conservatief karakter

Ook de politiek speelt een rol bij het tegengaan van de leegloop. Vooralsnog kenmerken de kleine en middelgrote steden zich door hun conservatisme. Niet omdat zij op conservatieve partijen stemmen, maar vanwege de berustende stemming die er heerst. ‘Es lo que hay’, klinkt het.

Politiek gezien worden deze gebieden tot nu toe gekenmerkt door hun loyaliteit bij het stemmen (bijna altijd winnen dezelfde partijen, of zij nu links of rechts zijn) en door hun gebrek aan belangstelling voor verschillende opties. Dit is het logische gevolg van het feit dat er veel gepensioneerden zijn, dat er veel werkgelegenheid is bij de overheid en dat de plaatselijke elite verweven is met de politieke macht. Dat helpt niet mee om ingrijpende veranderingen door te voeren.

Langzaamaan verandert er iets

Langzaam maar zeker lijkt er iets te veranderen, bijvoorbeeld in Teruel, waar de partij Teruel Existe zich richt op het pragmatische, op het bereiken van iets tastbaars voor de provincie. Andere soortgelijke partijen zijn in opkomst, en wellicht kunnen ze samen aan de volgende algemene verkiezingen deelnemen. De andere mogelijkheid houdt verband met het rechts-populisme. Het Verenigd Koninkrijk, Frankrijk en de Verenigde Staten zijn duidelijke voorbeelden van hoe de bevolking van de vergeten binnensteden uiteindelijk een onontkoombare politieke kracht is gaan vormen die een sterk nationalisme bepleit. 

Spanning komt er zeker

Welke richting het ook uitgaat, het is duidelijk dat deze gebieden met spanningen te maken zullen krijgen. De politieke activering van het ‘lege Spanje’ zou een van de veranderingen kunnen zijn, als er een kracht is die deze weet te mobiliseren en te leiden. In Spanje komen internationale trends te vroeg of te laat, maar ze komen ze er wel.

Wordt Spanje de provinciestad van Europa?

Spanje is inmiddels een soort middelgrote stad geworden, zowel in Europa als mondiaal. Het is een land van gepensioneerden, met jongeren die het land verlaten, waar de werkgelegenheid afkomstig is van de ambtenarij, de dienstensector, het kleinbedrijf en het toerisme. Industriële activiteit is nauwelijks aanwezig en uiteindelijk zal dit leiden tot dezelfde kwalen die kleine en middelgrote steden teisteren: schulden, werkloosheid, schaarse investeringen en afhankelijkheid van de dienstensector. 

Op dit moment staat er veel op het spel: de plaats die Gijón in Spanje inneemt, kan Spanje binnenkort innemen binnen Europa. De manier om uit deze impasse te raken is door plannen te maken voor een meer samenhangend Spanje, door voldoende initiatief te nemen om te creëren wat nodig is en door te stimuleren wat zou kunnen groeien. 

Mondiale schaakbord

Maar dit vereist een ander perspectief, een perspectief dat een visie van de Staat voor ogen heeft, een perspectief dat op een andere manier met Europa weet om te gaan (en niet alleen om de badplaats van de Europeanen of het zomerverblijf van Europa te zijn). Het perspectief dat weet te promoten wat Spanje allemaal in huis heeft.

De Europese digitale en groene wending zou de kloof tussen Madrid, Barcelona, Baskenland en het verliezende Spanje kunnen dichten maar het risico bestaat ook dat de kloof nog breder wordt. En dat zou een vergissing zijn, want alleen een land dat als geheel groeit, heeft een kans om op het mondiale schaakbord mee te spelen. 

Dit vind je misschien ook leuk