In april bedroeg de inflatie op jaarbasis 8,3%. Dat is een daling van 1,5 punt in vergelijking met de maand maart (9,8%) en lager dan de marktramingen, die voor deze maand een CPI van 9% voorspelden. Deze vertraging is deels te danken aan de matiging van de energieprijzen (brandstoffen en elektriciteit) en aan de maatregelen die de regering heeft genomen om de ongecontroleerde hausse in de energiecomponent in te dammen.
ADVERTENTIE
De inflatie blijft echter historisch hoog en zorgwekkend voor de economie. Enerzijds is de maandelijkse inflatie met 0,2% gedaald, een hoopgevend teken dat de trend van maandelijkse stijgingen lijkt te doorbreken. De negatieve noot werd echter gegeven door de kerninflatie (energie of verse voeding niet meegewogen) die 4,4% op jaarbasis bedroeg, een procentpunt hoger dan de voorgaande maand. De INE benadrukt dat dit de hoogste onderliggende inflatie is sinds december 1995.
Deze daling, bij analyse van de CPI op basis van productgroepen, wordt geproduceerd door de huisvestingscomponent, waarvan de jaarlijkse variatie van 18,8% meer dan 14 punten lager is dan die geregistreerd in maart, als gevolg van de daling van de elektriciteitsprijzen in vergelijking met de geregistreerde stijging in april van het voorgaande jaar.
Vanuit de INE vinden ze dat ook in deze groep, zij het in tegengestelde richting, de stijging van de gasprijzen, deze maand hoger dan in 2021, en van stookolie, die vorig jaar daalde, is te merken.
In het geval van Transport (12,8%), daalt het bijna zes punten in vergelijking met de gegevens van vorige maand, als gevolg van het feit dat de prijzen van brandstoffen en smeermiddelen voor persoonlijke voertuigen deze maand zijn gedaald, terwijl ze stabiel bleven in 2021.
Opvallende prijsstijgingen bij voedsel en niet-alcoholische dranken
Aan de kant van prijsstijgingen vallen voedsel en niet-alcoholische dranken op. De variatie nem met meer dan drie punten toe tot 10,1% als gevolg van algemene stijgingen in de meeste van hun componenten. Hieronder vallen de prijsstijgingen van vlees, brood en granen, peulvruchten en groenten en melk, kaas en eieren op, deze maand hoger dan in april van het voorgaande jaar.
Deze definitieve gegevens onthullen ook in detail welke goederen en diensten (INE noemt dit onderverdeling per subklasse) in sterkere mate in prijs stijgen.
Olie, hotels en elektriciteit
Op het eerste gezicht is te zien hoe brandstoffen, oliën, hotels en elektriciteit de subklassen zijn die op jaarbasis het meest in prijs zijn gestegen (vergeleken met april 2021).
Maandelijkse stijgingen
De prijzen van hotels, cafés en restaurants zijn met 5,8% bijna anderhalve punt hoger dan in maart. Dat komt doordat de prijzen van logies en restaurantdiensten deze maand sterker stijgen dan in 2021. Vrije tijd en cultuur, die 2,9% bereikte, als gevolg van de prijsstijging van pakketreizen, die vorig jaar in prijsniveau daalde.
Door goederen en diensten in subklassen op te delen, is te zien dat hotels, samen met kleding, vluchten en groenten, ook de maandelijkse prijsstijging hebben geleid.
Meest in prijs gestegen in april op maandbasis
- Hotels en hostals 19,4%
- Baby- en kinderkleding 12,3%
- Internationale vluchten 12,3%
- Groenten en peulvruchten 12%
- Olijfolie 10,9%
- Dameskleding 10,7%
- Eieren 9,9%
- Meel en graanproducten 9,2%
- Nationale pakketreizen 7,4%
- Kinder- en babyschoeisel 6,9%
- Gevogelte 6,7%
- Bakkerijproducten 6,5%
- Gas 6,5%
- Damesschoenen 6,3%
- Herenkleding 6,2%
- Andere kleding 6,2%
- Vloeibare brandstoffen 6%
- Varkensvlees 5,9%
Meest in prijs gestegen in april op jaarbasis
- Andere eetbare oliën 96,2%
- Vloeibare brandstoffen 95,7%
- Hotels, hostals en pensions 50,5%
- Olijfolie 42,5%
- Elektriciteit 34,9%
- Butaan- en propaangas 33,4%
- Diesel 32,1%
- Pasta's en couscous 25%
- Meel en andere granen 23,2%
- Eieren 21,6%
- Gas 19,4%
- Benzine 16,3%
- Sauzen 15,2%
- Bakkersproducten 14,5%
- Volle melk 14%
- Halfvolle melk 13,8%
- Boter 12,8%
- Verse groenten 12,8%
- Chips 12,8%
- Gevogelte 12,7%
