Het staat op de vierde plaats op het continent, met een totaalpercentage van 54%. Spanje wordt in dit opzicht alleen overtroffen door Denemarken met 55,9%, Frankrijk (55,4%) en Oostenrijk (55%). In El Economista is het commentaar van fiscalist Leonardo Neri van Montero Aramberu dat dit niet betekent dat al die landen strenger zijn in het begrotingsbeleid. “Hoewel het waar is dat het marginale belastingtarief in de buurlanden hoger is dan dat in Spanje, is de belastingdruk die wordt uitgeoefend door inkomen, met name kapitaal, in Spanje hoger dan het bestaande gemiddelde in de EU-27”.
Terugkomend op de inkomstenbelasting (IRPF): de vergelijking met het gemiddelde van 45% op het Europese continent levert Spanje ook geen voordeel op, want overschrijdt deze met meer dan tien procentpunten. Buiten de eurozone en de Europese Unie valt ook het Verenigd Koninkrijk op met een maximale belasting van 45%.
Uit de vergelijking van de OESO blijkt dat de laagste maximale marges worden gevonden in Letland (31%), Slowakije (25%), Tsjechië (23%), Estland (20%) en 15% van Hongarije.
Valencia
In Spanje wordt in sommige autonome regio’s meer dan 52% belast. Dit is het geval van de regio Valencia waar, vanwege het hoge regionale gedeelte, een percentage geldt van 54%. En de situatie zal in dat gebied niet veranderen. Wel heeft regiopresident Ximo Puig wijzigingen in de inkomstenbelasting aangekondigd, maar deze blijven beperkt tot een deflatie van de schijven voor inkomens onder de 60.000 euro per jaar. Er zal dus geen matiging van de belastingen voor hoge inkomens zijn.
Buiten de Valenciaanse Gemeenschap zijn er nog andere gebieden met percentages gelijk aan of groter dan 50% in hun grootste deel van de inkomstenbelasting. Dit zijn Asturië, Cantabrië, Navarra, La Rioja en Catalonië.
In deze laatste autonome regio, die al tientallen jaren bekend staat vanwege de hoge belastingtarieven, zullen er ook geen veranderingen zijn op het gebied van inkomen, zelfs niet die van de laagste niveaus voorzien in de personenbelasting.
Twee Spanjes
Volgens El Economista bestaan er twee Spanjes, vooral met betrekking tot de behandeling van burgers met hogere inkomens woonachtig in regio’s die worden bestuurd door de PP. Onder een percentage van 50%, zijn Galicië, Castilla La Mancha en Andalusië met 47%; Castilla y León met 46% en vooral Madrid, waarvan het marginaal op 45% blijft.
Inkomstenbelasting verlaagd in plattelandsgebieden
Op basis van de meest recente aankondigingen over veranderingen in het territoriaal begrotingsbeleid valt te voorspellen dat de verschillen zullen blijven toenemen. In Asturië en de Canarische Eilanden zijn de inkomstenbelastingen verlaagd, maar vooral in plattelandsgebieden die gevaar lopen te ontvolken. Een vergelijkbare strategie wordt gevolgd door Aragón, bestuurd door de PSOE, voor gebieden met demografische problemen.
Veel algemener is de vermindering van een half punt in alle autonome secties van de IRPF waartoe Madrid dit jaar heeft besloten; de verlaging van het maximumtarief van 48,2 naar 47% in Andalusië of Galicië, waardoor de belastingstructuur werd vereenvoudigd van zeven naar vijf schijven.