Het Spaanse weerinstituut Aemet concludeert dat januari de zevende koudste maand van deze eeuw was. Sinds 1965, het eerste jaar dat de gegevens worden bijgehouden, gaat het om de zevenentwintigste koudste januari. Aemet wijst eveneens op de sterke dagelijkse thermische amplitude met maximale temperaturen boven de normale waarden en minimumtemperaturen daaronder.
In januari was het koud en heel koud in Cantabrié, Galicië en in zuidelijk gelegen zones van Castilla y León, Aragón, Catalonië, diverse gebieden in het binnenland van Andalusië, Extremadura en Castilla-La Mancha.
Warm of heel warm is het geweest in delen van de Aragonese Pyreneeën, het Cantabrische gebergte, het Centrale Systeem, het Iberische Systeem en de Sierra Morena.
Op de Balearen was het ook kouder dan normaal en de temperaturen op de Canarische eilanden vertoonden een variabeler beeld met overwegend koud en heel koud op de meeste eilanden.
Hoogste temperatuur in januari
De hoogste temperatuur in januari werd gemeten op de Canarische eilanden met 26,1 graden op het vliegveld van La Palma en 24,5 graden op het vliegveld Tenerife Sur, beide op 13 januari. En op 1 januari werd het 24,1 graden in Santa Cruz de Tenerife.
Op het Spaanse vasteland werd het het warmst op het vliegveld van Almería op 24 januari met 23,9 graden. Op 25 januari op het vliegveld van Málaga met 23,5 graden en in Alcantarilla werd het op 31 januari 23 graden.
Laagste temperaturen
Het koudst was het met 11 graden onder nul op 10 tot 12 januari in Molina de Aragón, -10,3 graden op de bergpas van Navacerrada, 9,4 graden onder nul in Teruel en -8,6 graden op de luchtmachtbasis in Albacete.
Neerslag
De gemiddelde neerslag was volgens Aemet normaal, maar wel ongelijk verdeeld over het land. Zo viel er niet eens 5 liter per vierkante meter in zones langs de oostkust en op de Canarische eilanden, terwijl het extreem regenachtig is geweest in Asturië en Baskenland met hoeveelheden tot 300 liter per vierkante meter.