Dat is 47,4 procent van alle afgevaardigden. Daarnaast heeft de Spaanse Senaat een vrouwelijke voorzitter: Meritxell Batet (PSC) is daar de opvolgster van voorgangster Ana Pastor (PP). Het bestuur van het parlement is eveneens gelijkwaardig met twee vrouwelijke vicevoorzitters van de vier die er zijn: Pastor en Gloria Elizo (Unidas Podemos) en de helft van de secretarissen: Sofía Hernanz (PSOE) en Paricia Reyes (Ciudadanos).
De eerste woorden van de nieuwe voorzitter van het parlement verwezen ook naar deze nieuwe gelijkheid. Ze wees op de noodzaak om toe te gaan naar een ‘feministischer Spanje’ en ze sprak haar toehoorders aan als ‘señoras y señores diputados’ (dames en heren afgevaardigden). Dames eerst.
Als partij schuift de PSOE de meeste vrouwen naar voren. 64 van de parlementsleden zijn vrouw. Samen bezetten zijn 52 procent van de zetels die de socialisten hebben. Ook bij de Partido Popular zijn de vrouwelijke kamerleden in de meerderheid met 51,5 procent. Op drie staat Ciudadanos met 21 vrouwen (36,8 procent). In percentage heeft Unidas Podemos meer vrouwen met 48 procent en twintig parlementariërs.
De PSOE was de eerste partij in Spanje die een groot aantal vrouwelijke politici introduceerde in de landelijke politiek. De eerste gelijkwaardige regeringen waren die onder José Luis Rodríguez Zapatero. Daarna