María Ferreras, vicepresident van Netflix, wil van Spanje de grootste productiehub van Europa maken. Dat zei ze onlangs op een conferentie die de Spaanse werkgeversvereniging CEOE hield over het herstel na de coronacrisis, zo meldde gisteren de Spaanse krant La Información.
Waarom Spanje?
Het onverwachte, wereldwijde succes van de serie Casa de papel heeft aangetoond dat Spaanstalige producties een groot publiek aantrekken. In de hele wereld spreken 500 miljoen mensen Spaans. Daarnaast heeft Spanje een rijke cinematografische traditie.
Dat Spaanse films en series aan populariteit winnen, blijkt ook uit het feit dat Netflix alleen het afgelopen jaar al zeventien Spaanse originals en dertien coproducties uitbracht. Voor 2020 staan er nog eens tien series en vijf films op de planning, die in Spanje zullen worden opgenomen en geproduceerd.
Groei is essentieel
Ferreras zei op de conferentie dat Netflix wil blijven groeien in Spanje en dat samenwerking met overheden hierbij belangrijk is. Een publiek-private samenwerking (PPS) is essentieel voor het aan de man brengen van Spaanse producties en het op de kaart zetten van het Spaanse merk, aldus Ferreras.
Groei is belangrijk om de goede concurrentiepositie ten opzichte van andere landen te behouden. De vicepresident van Netflix wees erop dat het belangrijk is dat er geïnvesteerd wordt in werkgelegenheid. Ook moet er aandacht komen voor het tekort aan montage- en postproductiemedewerkers, de ontwikkeling van opleidingen, het wekken van interesse voor deze beroepen en het aantrekken van meer vrouwen in de filmindustrie.
Coronacrisis
Ook Netflix is getroffen door de coronacrisis. Alle lopende producties moesten worden stil gelegd. Netflix heeft 150 miljoen dollar beschikbaar gesteld om wereldwijd de sector te steunen, 1 miljoen daarvan is voor Spanje. Hiermee heeft Netflix zogenaamde hulplijnen uitgeworpen naar het Ministerie van cultuur en de Filmacademie. Nu de noodtoestand is opgeheven zijn, met inachtneming van de voorschriften van het nieuwe normaal in Madrid de opnames weer opgestart voor de serie El Vecino en in Barcelona de opnames voor de film Hache.
Grote techbedrijven
Op de conferentie benadrukten ook andere techbedrijven het belang van digitalisering. Het bedrijfsleven en de burgers hebben de stresstest tijdens de noodtoestand dankzij de technologische infrastructuur doorstaan, aldus HP-voorman Jose María de la Torre. Andreu Vilamitjana, CEO van Cisco Spanje, noemde digitalisering het vaccin tegen de crisis. Hij benadrukte dat basisnetwerken zoals die voor water, gas, energie, toerisme, immigratie en industrie verder ontwikkeld moeten worden.
De Spaanse president Pedro Sánchez hekelde vorig jaar nog de grote techbedrijven die in Spanje weinig belasting betalen. Zo zouden Oracle, Apple, Cisco, Microsoft, Amazon en Google samen in Spanje goed zijn voor 31 miljoen aan vennootschapsbelastingen. Dat ze de belastingen proberen te ontwijken druist in tegen elk gevoel van rechtvaardigheid en fiscale verantwoordelijkheid, aldus Sánchez.