Spanjaard steeds vaker veganist, vegetariër of flexitariër

door admin
Spanjaard steeds vaker veganist, vegetariër of flexitariër

Dit blijkt uit de tweejaarlijkse enquête ‘De Groene Revolutie’ – gehouden onder 1.000 Spanjaarden. In 2017 ging het om 7,9%, in 2019 9,9% en nu ziet 13% van de volwassen Spaanse bevolking zichzelf als ‘veganist’ – die geen dierlijke producten consumeert -, vegetariër – die geen dierlijk vlees eet maar wel eieren of zuivelproducten – of flexitariër – die sporadisch vlees eet – bestempelt. 

Grootste groei voor ‘veggies’

De groep flexitariërs met 4,2 miljoen consumenten is het grootst en is de laatste twee jaar met 39% gestegen. Het aantal vegetariërs is daarentegen licht gedaald tot 550.000 personen, 4,5% minder, terwijl het aantal Spanjaarden dat zichzelf veganist noemt met 60% is gestegen tot 315.000.

In 2017 werd in het rapport al gerept over een ‘veggiegolf’, vandaag lijkt het eerder een ‘tsunami’. De opkomst van het veganisme blijkt ‘niet veranderd door de pandemie’. 

In het onderzoek wordt ook gerefereerd aan cijfers van het Spaanse ministerie van Landbouw, Visserij en Voeding, die laten zien dat de hoeveelheid vers vlees die in Spanje wordt geconsumeerd tussen 2019 en 2013 met ongeveer 14% is gedaald. Dat komt neer op een daling in de vleesconsumptie per hoofd van de bevolking van 52,7 kilo per persoon tot 45,2 kilo per persoon, terwijl de hoeveelheid verse groenten toenam, wat volgens de auteurs van het rapport een verder teken is van een ‘overgang naar een meer plantaardig voedingspatroon’.

Jongeren 

Het profiel van de vegetarische consument vertoont geen verschillen naar geslacht en alle leeftijdsgroepen zijn vertegenwoordigd, hoewel de jongste groep, consumenten tussen 18 en 34 jaar het grootst is. Wat ook opvalt is dat vegetarisme vroeger ‘een verschijnsel was dat vooral in grote steden voorkwam’, maar zich nu uitbreidt naar kleinere steden en gemeenten.

Beweegredenen

Als beweegreden om voor plantaardig voedsel te kiezen, noemt 60% van de flexitariërs gezondheid. Dit is een daling ten opzichte van de 67% die dit in 2019 als belangrijkste reden noemde. De bezorgdheid om het dierenwelzijn is juist toegenomen en wordt nu door 34,3% van de ondervraagden genoemd. Dit was 23,8% in 2019.

17% van de ondervraagden zegt ‘open te staan voor het kopen van in een laboratorium gekweekt vlees’ – een optie die nog niet op de Spaanse markt beschikbaar is – terwijl een meerderheid van 54% aarzelt om het te proberen. Volgens het rapport speelt de toename van plantaardige alternatieven voor dierlijke producten in supermarkten een sleutelrol in de aanwas van vegetarische consumptie. De Spaanse markt voor plantaardige alternatieven is nu al goed voor 430 miljoen euro per jaar en in volume gaat het om 250 miljoen kilo.

Plantaardige dranken, op basis van amandelen, haver etc. voeren het segment aan met zo’n 69% van de waarde en 91% van het volume.

Dit vind je misschien ook leuk