
Om dit te bewerkstelligen hebben vier Spaanse ministeries de krachten gebundeld om samen aan een verordeningsvoorstel te werken. Het gaat om de ministeries van Landbouw, Visserij en Voedselvoorziening, Industrie, Handel en Toerisme, Financiën en Ecologische Transitie.
ADVERTENTIE
In november hebben de Europese Commissie en het Europees Parlement een verordeningsvoorstel ingediend. Deze toekomstige EU-verordening moet ervoor zorgen dat grondstoffen en basisproducten zoals koffie, soja, palmolie, hout of cacao die in de EU worden ingevoerd, niet leiden tot ontbossing en aantasting van bossen. Als de verordening wordt goedgekeurd, zal de Europese houtverordening worden ingetrokken.
Volgens de EU is wetgeving nodig omdat 'het tempo van ontbossing en aantasting van de bossen alarmerend is. Met klimaatverandering en verlies van biodiversiteit als gevolg’.
Spanje stapje verder dan Europese verordening
Volgens bronnen van de Spaanse nieuwssite Europa Press, bevindt Spanje zich nu in de fase van publieksvoorlichting over dit proces om zo een standpunt te bepalen. Het Ministerie voor Ecologische Transitie en Demografische Uitdaging heeft hiervoor een openbare raadpleging gelanceerd. Tijdens de uitvoering van dit nationale onderzoek, dat duurt tot 17 februari - drie maanden na de indiening van het voorstel van de Commissie - werkt Spanje intern aan een eigen voorstel voor een verordening. Daarbij evalueert Spanje het effect en de interne voorschriften van de uitvoering en kijkt het land naar mogelijke aanscherping van de Europese verordening.
Meer landbouwgrond nodig
De voornaamste factor die leidt tot ontbossing en aantasting van bossen, is de uitbreiding van landbouwgrond voor vee en de vraag naar grondstoffen zoals hout, palmolie, soja, cacao en koffie. Met de groei van de wereldbevolking neemt ook de vraag naar landbouwproducten, met name dierlijke producten, toe. Met als gevolg dat de vraag naar landbouwgrond zal toenemen en daarmee de druk op de bossen. Tegelijkertijd is ook de klimaatverandering van invloed op de voedselproductie.
Voorwaarden in de verordening
Het is de bedoeling dat grondstoffen en afgeleide producten die onder de verordening vallen, alleen binnen de Europe Unie worden ingevoerd, op de markt worden gebracht of worden uitgevoerd als zij voldoen aan meerdere voorwaarden. Ze moeten ‘ontbossingsvrij’ zijn; dt wil zeggen geproduceerd zijn volgens de relevante wetgeving in het land van productie en vergezeld gaan van een zorgvuldigheidsverklaring.
Concreet worden producten die na 31 december 2020 zijn geproduceerd op land waar geen ontbossing heeft plaatsgevonden en hout, dat na die datum is gekapt zonder te leiden tot vernietiging van bos, als ‘ontbossingsvrij’ beschouwd.
Voor wie geldt de verordening?
De verordening geldt voor importeurs, exporteurs, Europese producenten en handelaren van genoemde grondstoffen en afgeleide producten. Met name exploitanten en handelaren die niet onder het midden- en klein bedrijf vallen, zullen - voordat zij deze grondstoffen of producten invoeren, op de markt brengen of uitvoeren - de nodige zorgvuldigheid moeten betrachten en het risico moeten beoordelen dat de producten bij hun productie tot ontbossing hebben geleid of illegaal zijn in het land van oorsprong.
Daarom zullen zij volgens het EU-voorstel een verklaring moeten indienen waarin wordt bevestigd dat die zorgvuldigheid is betracht. Deze verklaring zal worden ingediend via een informatiesysteem, het ‘register’, dat de Europese Commissie voor alle lidstaten zal opzetten en centraal bijhoudt.
Regels voor mkb
Handelaren uit het midden- en klein bedrijf moeten de traceerbaarheid van hun producten aantonen, dat wil zeggen dat zij informatie moeten hebben over de agenten of handelaren van wie zij kopen en over de handelaren aan wie zij verkopen, en dat zij deze documentatie vijf jaar lang moeten bewaren.
Wie controleert en handhaaft?
Elk van de 27 lidstaten zal een of meer bevoegde autoriteiten moeten aanwijzen die verantwoordelijk zijn voor de handhaving van deze verordening en die moeten controleren of de agenten en handelaars hun verplichtingen nakomen, waarvoor een jaarlijks controleplan zal worden opgesteld.