Om precies te zijn bedroeg de overheidsschuld van Spanje 1.427.763 miljoen euro eind 2021. Ondanks de volumestijging van 6,1 procent in één jaar tijd daalde de staatsschuld tot 118,4 procent van het BBP dankzij de economische groei. In 2020 bedroeg de staatsschuld 120 procent van het BBP wat betekent dat de schuld nu 1,6 procent lager is.
Bank van Spanje presenteert cijfers overheidsschuld 2021
Deze cijfers publiceerde de Bank van Spanje op 31 maart. Ondanks opnieuw een stijging van de overheidsschuld bereikt Spanje niet opnieuw een record. In september 2021 bedroeg de overheidsschuld namelijk 1,432 biljoen euro, oftewel 122,1 procent van het BBP.
De oorzaak van de extra overheidsschuld in 2021 zoekt de Spaanse bank voornamelijk bij de maatregelen die de regering heeft genomen om de gevolgen van de pandemie te verlichten zoals het bekostigen van ERTE-uitkeringen. In 2020 en aan het begin van 2021 is de overheidsschuld aanzienlijk toegenomen om de economie in Spanje overeind te houden met de genomen coronamaatregelen.
Spanje verwacht komende jaren krimpende overheidsschuld
Het ministerie van Economische zaken liet weten dat de groei van de economie – voornamelijk in de tweede helft van 2021 – de positieve ontwikkelingen op het gebied van overheidsinkomsten en het maken van ruime begrotingsuitgaven ervoor hebben gezorgd dat de overheidsschuld in 2021 is afgenomen. Het ministerie verwacht dat deze trend zich de komende jaren zal voortzetten.
Verdeling staatsschuld koninkrijk Spanje en autonome regio’s
De Spaanse staatschuld bestaat voor het overgrote deel uit schuld van de nationale overheid van Spanje. Het koninkrijk Spanje sloot 2021 af met een totale schuldenlast van 1,280 biljoen euro (106,2 procent van het BBP). De schuld van de autonome regiobesturen in Spanje eindigde het afgelopen jaar op 313.000 miljoen euro (25,9 procent van het BBP).
Spanje diep in schulden door garanderen sociale zekerheid
De begrotingen voor het betalen van het sociale zekerheidsstelsel in Spanje bereikte wel een hoogtepunt. De schuld hiervoor bedroeg eind 2021 maar liefst 97 miljard euro, een stijging van 13,9 procent in vergelijking met eind 2020. De stijging hiervan is te wijten aan leningen die de Staat aan de sociale zekerheid heeft toegekend om het tekort in de begroting te financieren en het betalen van pensioenen te kunnen garanderen.
Ondanks de aangekondigde pensioenhervormingen zal dit onderdeel de komende tijd niet veranderen. Voor 2022 heeft de regering een totale begroting van meer dan 36 miljard euro vastgesteld om de uitgaven voor de sociale zekerheid te kunnen blijven betalen.