Volgens gegevens van het Copernicus-programma van de Europese Unie gingen alleen al bij de brand in Losacio 36.000 hectares in vlammen op. Daar komen de 25.000 hectare bij die verloren gingen bij de brand in de Sierra de la Culebra tijdens de eerste hittegolf in juni. Bij elkaar opgeteld betekent dit dat de ramp in deze regio erger is dan de tot nu toe als grootste bosbrand in Spanje te boek staande brand van 2004 bij Riotinto in de provincie Huelva. Daar gingen 34.290 hectares verloren.
Razendsnel vuur
In slechts vier uur verwoestte het vuur 10.000 hectares. Dat was volgens bestaande gegevens het snelste vuur ooit. Brandweermannen uit het gebied noemden het “onmogelijk te blussen vuur” waarbij de vlammen gevoed werden door een grote hoeveelheid verdroogde vegetatie, harde wind en hoge temperaturen. Autoriteiten gaan er tot nu toe van uit dat bliksem de oorzaak is geweest van het drama. Bij deze “ongekende” brand kwamen twee personen om het leven. Een brandweerman en een herder. Twee andere brandweermannen raakten lichtgewond.
Bekijk ook: OM opent onderzoek naar regioregering om grote brand Zamora
Van al het dit jaar verbrande land in Spanje ligt 73% in de provincie Zamora. Op 22 juli 2022 waren er in totaal 81.866 hectares verbrand. Volgens het rapport van het Copernicus-programma liggen hiervan 60.000 in Zamora.
Dramatisch ‘bosbrandenjaar’
De twee hittegolven in juni en juli boden de perfecte omstandigheden voor de grote bosbranden. Uit satellietbeelden blijkt tot nu toe in totaal 200.000 hectare verbrand te zijn in Spanje. De branden tijdens de hittegolf in juni verhoogden het totale verbrandde oppervlak van van 25.000 naar 73.000 hectares. Dat is dus bijna een verdrievoudiging. EFFIS is de organisatie die voor de EU de bosbranden in Europa in de gaten houdt en geeft aan dat 2022 het ergste jaar van bosbranden is sinds haar oprichting in 2000.
Klimaatverandering
Experts wijzen op de klimaatverandering als oorzaak van een groter risico op bosbranden. Hogere temperaturen in combinatie met langdurige droogte en harde winden vormen de perfecte omstandigheden voor allesverwoestende branden.
Leegloop binnenland
Daarbij vormt het ontvolkte binnenland van Spanje een factor die van invloed is. Er is niemand meer om de bossen schoon te houden. Vroeger leefden mensen met de bergen: ze maakten de bergen schoon om brandhout te krijgen om hun huizen mee te verwarmen. Grazend vee at het struikgewas en losse vegetatie op. Door de leegloop van het platteland zijn deze traditionele toepassingen verdwenen.
Bezuinigingen regionale overheden
Vakbonden van brandweerlieden wijzen erop dat er in de autonome regio’s de laatste jaren flink is bezuinigd op de budgetten voor de bosbrandenbestrijdingsdienst. Er is minder materieel en er zijn minder brandweerlieden. Dat betekent dat de lokale capaciteit in eerste instantie te laag ligt om het vuur in de kiem te smoren en de luchtmiddelen pas geactiveerd worden als de brand zich al behoorlijk heeft ontwikkeld. In Castilla y León vormden deze omstandigheden aanleiding voor de vakbond CCOO om de regioregering te laten onderzoeken op nalatigheid.
Meer grote branden met meer impact
De verwoestende gevolgen van de grote branden in Zamora, Cáceres en Lugo zijn voorbeelden van het steeds groter wordende probleem in Spanje. Uit onderzoek van de krant El Diario blijkt dat het aantal grote bosbranden (groter dan 500 hectares) toeneemt. Deze grote branden hebben een verwoestend effect op grote gebieden. Uit de gegevens blijkt dat elke grote brand van nu gemiddeld twee keer zoveel grond in de as legt dan dertig jaar geleden.