Het gaat om een verhoogde kans van 9% op het ontwikkelen van darmkanker en van 10% op het ontwikkelen van eierstokkanker in gebieden waar zich organisch chemische industrie bevindt zoals koolwaterstof- en synthetisch rubberfabrieken. Zo bestaat er ook een verhoogde kans van 10% op het ontwikkelen van borstkanker in gebieden met anorganische industrie zoals fabrieken die ammoniak en fosforzuur verwerken voor de productie van mest.
Volgens Pablo Fernández Navarro, een van de onderzoekers, is het voor de volksgezondheid noodzakelijk om preventieve maatregelen te treffen en te zorgen dat de uitstoot van deze industrie met carcinogene stoffen in bewoonde gebieden afneemt. De Spaanse Bedrijfsorganisatie voor de Chemische industrie ontkent het oorzakelijk verband tussen de uitstoot van de industrie en het verhoogde aantal kankergevallen.
Oorzakelijk verband nog niet bewezen
Ook Navarro zelf waarschuwt voor voorbarige conclusies die getrokken kunnen worden uit zijn onderzoek. De onderzoeksresultaten dienen er enkel voor om een hypothese te formuleren over mogelijk oorzakelijke verbanden tussen de verontreiniging van de industrie en het krijgen van kanker. Tot dusver is een oorzakelijk verband tussen deze twee factoren nog niet bewezen. Het kan zijn dat er nog een of enkele andere factoren een rol spelen die het verhoogde sterftecijfer verklaren. In steden met veel industrie is er bijvoorbeeld vaak ook sprake van meer vervuilend verkeer.
De onderzoeksresultaten zijn gepubliceerd in het vaktijdschrift Environmental Pollution. Voor het onderzoek werd het sterftecijfer bestudeerd als gevolg van 32 verschillende soorten kanker van mensen die binnen een straal van vijf kilometer van voornoemde industrieën woonden. Om het geconstateerde verhoogde sterftecijfer ook daadwerkelijk te relateren aan diezelfde industrie is vervolgonderzoek noodzakelijk, zegt Marina Pollán, directeur van het Nationaal Centrum voor Epidemiologie en woordvoerder van de Spaanse Verenging voor Oncologie.
In 2017 deed Pollán samen met Navarro onderzoek naar de relatie tussen het sterftecijfer als gevolg van kanker en het wonen nabij een Spaanse kerncentrale. Uit dit onderzoek bleek dat mensen die nabij een kerncentrale wonen een 17% grotere kans hebben om kanker te krijgen dan mensen die daar niet bij in de buurt wonen.
Gering verhoogd risico
Navarro plaatst nog de kanttekening dat het verschil op papier wellicht groot lijkt, maar dat het daadwerkelijk verhoogde risico nog steeds laag is. In Spanje sterft jaarlijks één op de 115 duizend mensen aan longkanker. Een verhoogd risico van 100% zou betekenen dat er jaarlijks twee personen op de 115 duizend mensen sterven aan longkanker. Het geconstateerde verhoogde risico volgens het onderzoek van Navarro, is dus heel erg klein en moet ook in relatie met andere risicovolle omgevingsfactoren worden gezien. Bovendien zijn de cijfers uit het onderzoek vele malen lager dan het risico dat roken met zich meebrengt. 27% van alle sterftegevallen in Europa als gevolg van kanker zijn het gevolg van roken.
“We moeten de chemische industrie niet demoniseren. Deze industrie functioneert binnen de legale grenzen. De boodschap die we willen geven is dat publieke organisaties de vinger aan de pols houden, en in de meeste gevallen geen betekenisvolle conclusies trekken. Soms echter wordt er een minimale risicoverhoging gesignaleerd en dan kan dit mogelijk met de industrie te maken hebben. Het is altijd waardevol om een mogelijk verhoogd risico te signaleren”, aldus Fernández Navarro.