Op 20 augustus verkoos Copernicus een Sentinel-2-opname van 16 augustus van de bosbranden in Noordwest-Spanje tot ‘beeld van de dag’. Het toont laat dikke rookpluimen boven Ourense in Galicië, waar meerdere branden actief zijn. In totaal is dit jaar in Spanje al 403.000 hectare verbrand, waarvan het grootste deel in de afgelopen vijftien dagen.
De schaal en zichtbaarheid van de rook maken de opname een krachtig symbool van de natuurbrandcrisis. De Europese Ruimtevaartorganisatie ESA, die samen met de Europese Commissie de Copernicus satellieten beheert, benadrukt de schaal van de branden: “De rookpluimen beslaan grote delen van het noorden” (20 aug. 2025). Opnamen van de Sentinel-2-satelliet laten zien hoe de rook door de wind naar het noorden en oosten trekt. Boven de Atlantische Oceaan mengt hij zich met wolken en bereikt zelfs de Golf van Biskaje. Een deel van de rook waait ook weer terug richting de Middellandse Zee.
In 2025 staat de teller al op meer dan 400.000 hectaren die werden verwoest door het vuur. Ter vergelijking: in 2023 brandde in totaal 302.000 hectare af. Ook Portugal lijdt zwaar met meer dan 200.000 hectare afgebrand, vooral in het noorden en centrum.
Brandweerlieden strijden nog tegen de vlammen in Castilla y León, Galicië, Extremadura, Asturië, Cantabrië, Navarra, Castilla-La Mancha, Aragón, Catalonië, de regio Valencia en Andalusië. Dat zijn 11 van de 17 autonome regio’s waarin Spanje is opgedeeld.
Schadelijke stoffen in de lucht
De rook die vanuit de ruimte zo zichtbaar is, betekent naast het gevaar van het vuur ook gevaar voor de gezondheid en het milieu. Volgens het Atmosferisch Monitoringprogramma van Copernicus (CAMS) bereikte Spanje op 17 augustus een recorduitstoot door bosbranden. Sinds 2003 zijn zulke hoge niveaus niet gemeten. De rook verplaatst zich honderden kilometers en verslechtert de luchtkwaliteit ook ver buiten de directe brandzones.
Aan het begin van augustus lagen de totale koolstofemissies door bosbranden in Spanje nog onder het seizoensgemiddelde. Enkele dagen later zorgden nieuwe branden in verschillende regio’s echter voor een sterke toename, tot het hoogste jaarcijfer in de volledige meetreeks van CAMS. Sindsdien liggen de concentraties van PM2.5-deeltjes ver boven de luchtkwaliteitsrichtlijnen van de Wereldgezondheidsorganisatie.
De branden stoten grote hoeveelheden fijnstof en giftige gassen uit, waaronder koolmonoxide en benzeen. Vooral de zeer kleine deeltjes (PM2.5) vormen een risico voor de gezondheid, omdat ze diep in de longen en zelfs in de bloedbaan kunnen doordringen. Kinderen, ouderen en mensen met een zwakke gezondheid lopen daardoor extra risico. Volgens experts leidt dit tot meer long- en hartproblemen en verhoogt het de kans op kanker bij mensen in de getroffen gebieden. Ook psychisch eist de situatie een tol: angst en stress spelen een grote rol bij inwoners en hulpverleners
Mensen die in de getroffen gebieden zijn kunnen het beste lokale updates over de luchtkwaliteit in de gaten houden via AEMET of CAMS. Verder moeten ze inspanningen buitenshuis beperken en ramen en deuren bij rook gesloten houden. Moet je wel naar buiten, gebruik dan een FFP2-masker en let extra op kwetsbare groepen zoals kinderen en ouderen.
Satellieten als bondgenoot van de hulpdiensten
Om Spanje en Portugal te steunen is de Copernicus Emergency Management Service (CEMS) ingeschakeld. Deze dienst levert gratis kaarten met actuele informatie, zoals brandperimeters, warmtebeelden (SWIR), rookpluim-modellen en zogenoemde rapid mapping-producten. Hiermee kunnen brandweerlieden sneller prioriteiten stellen, evacuaties plannen en middelen efficiënt inzetten.
Op 20 augustus activeerde het Spaanse ministerie van Binnenlandse Zaken het Europees Mechanisme voor Civiele Bescherming. Daardoor zijn er nu satellietbeelden van onder meer Galicië, Asturië, Castilla y León en Extremadura. “Deze kaarten zijn cruciaal voor onze coördinatie,” aldus Virginia Barcones, directeur-generaal van Civiele Bescherming.
Zuid-Europa: kwetsbaar en onder druk
De situatie laat opnieuw zien hoe kwetsbaar Spanje en Portugal zijn voor natuurbranden. Het belangrijkste om te doen is het blussen van het vuur en het beschermen van inwoners en hun huizen. De voortdurende uitdaging ligt echter in de toekomst. We krijgen vaker te maken met extreme weersomstandigheden door de opwarming van de aarde. Brandseizoenen worden daardoor intensiever. Deskundigen benadrukken daarom het belang van een beter bosbeheer en andere preventieve maatregelen zoals het aanbrengen van brandgangen en gecontroleerde begrazing.
Brandweer-ezels: Spanjes verrassende bondgenoten tegen bosbranden