Dagelijks worden duizenden automobilisten en bestuurders van andere voertuigen in Spanje geflitst of op andere wijze op de bon geslingerd wegens snelheidsovertredingen. In de meeste gevallen wordt de dader van de overtreding niet fysiek aangehouden zodat de bestuurder niet direct geïdentificeerd kan worden. Vaak pas weken nadat de overtreding heeft plaatsgevonden, ontvangt de automobilist een brief met het verzoek de boete te betalen of om de persoon te identificeren die achter het stuur zat om de boete op het juiste adres te krijgen.
Dit laatste overkwam een bestuurder uit Madrid. Die werd gevolgd door een helicopter van de verkeersdienst DGT terwijl hij met 160 kilometer per uur over een snelweg reed waar 120 kilometer per uur de maximale snelheid was. Vanuit DGT kwam daarop per brief met boete de vraag of de bestuurder zich kon identificeren of de boete van 300 euro kon betalen. Dit weigerde hij en schakelde vervolgens een advocaat in om tegen de boete en aftrek van twee punten van zijn rijbewijs in beroep te gaan.
Hierop volgde de historische uitspraak van de rechter in Madrid die zich beriep op het vermoeden van onschuld. Omdat er geen vaststaande zekerheid bestaat over wie de bestuurder van de auto was op het moment van de snelheidsovertreding, kan de eigenaar ervan geen boete worden opgelegd of kunnen er geen punten van zijn rijbewijs worden afgetrokken. Iemand is onschuldig tot het tegendeel is bewezen. De rechtbank achtte in dit geval de onschuldpresumptie belangrijker dan de boete en begreep niet dat er de plicht bestaat om aan DGT te melden wie de auto bestuurde op het moment van de overtreding. Het is dus niet voldoende om alleen het voertuig te identificeren, zelfs als er een opname beschikbaar is. De boete van 300 euro is geannuleerd alsook de aftrek van twee punten van het rijbewijs van de eigenaar van de auto.
Op sociale media in Spanje komen al grappen voorbij dat je dan voortaan lekker hard door Spanje kunt rijden met een bivakmuts op of een sjaal om je gezicht.