In de rivier de Guadalquivir zijn hoge concentraties metalen gevonden. Dat blijkt uit nieuw onderzoek van de Universiteit van Sevilla en de Universiteit van Cádiz.
Vooral in het bovenste deel van de rivier, bij de mijn Cobre Las Cruces, zijn de waarden hoog. Ook bij de monding van de rivier, vlak bij het Nationaal Park Doñana, is vervuiling gemeten.
Slib houdt schadelijke stoffen vast
De onderzoekers bekeken metingen uit 2022 en 2023 op vijftien plekken tussen de monding en de stuwdam bij Alcalá del Río. De metalen zitten vooral in het slib op de bodem van de rivier. Dat slib wordt ook wel sediment genoemd. Hoewel de hoeveelheden onder de internationale grenswaarden blijven, kan het toch schadelijk zijn voor planten en dieren. Vooral op plekken waar het water weinig stroomt, hopen de stoffen zich op.
Geen regels voor vervuiling in slib
In Europa en Spanje zijn er regels voor vervuiling in water. Maar er zijn geen duidelijke regels voor vervuiling in het slib. Dat is een probleem, zeggen de onderzoekers. Slib kan jarenlang vervuild blijven en zo het water en de natuur blijven aantasten. Zonder regels is het moeilijk om goed te controleren of een gebied gezond is.
Doñana kan indirect schade oplopen
De monding van de Guadalquivir is een belangrijk natuurgebied. Het ligt vlak bij het Nationaal Park Doñana. Als het water of het slib vervuild is, kan dat ook gevolgen hebben voor Doñana. De onderzoekers pleiten daarom voor betere controle. Ze willen dat water, slib en dieren samen worden onderzocht. Zo kunnen problemen op tijd worden ontdekt.
Mijnbouw maakt controle extra belangrijk
De vervuiling is mogelijk het gevolg van mijnbouw, landbouw en industrie. Eerder was er al een groot ongeluk met zure mijnlozingen bij de Aznalcóllar-mijn. Met de komst van nieuwe mijnbouwprojecten, is het extra belangrijk om goed te controleren. Zonder duidelijke regels voor slib is het moeilijk om de natuur goed te beschermen.
Bron: EuropaPress
Hoe het ‘Malibu van Huelva’ kwetsbaar Doñana verder onder druk zet