In de jaren zeventig van de vorige eeuw vlogen alle Spaanse ooievaars voor aanvang van de winter naar Afrika. Op instinct vlogen ze naar landen van de Afrikaanse streek Sahel als Mauritanië, Senegal, Gambia of Nigeria. Nu verkiest 80% van de volwassen ooievaars uit Spanje om op het Iberisch schiereiland te blijven gedurende de wintermaanden. Slechts enkele waaghalzen beginnen aan de tocht, maar strijken dan neer in het Noord-Afrikaanse Marokko.
Jonge dieren volgen hun instinct
Alleen de jonge dieren houden de traditie in ere en beginnen in oktober aan hun reis. Als ze volwassen zijn, op vier of vijfjarige leeftijd, hebben ze ondervonden dat de gevaarlijke migratie naar Afrika niet meer de moeite waard is. In het rapport ‘Migratie en ecologie van de witte ooievaar in Spanje’ beschrijft de ornithologische ngo BirdLife deze gedragsverandering van de witte ooievaar die sinds enkele decennia gaande is.
Sinds 2012 deed BirdLife jarenlang onderzoek naar de locaties van 79 Spaanse en Midden-Europese ooievaars. Met behulp van satellietsignalen konden meer dan drie miljoen locaties worden vastgelegd waar de dieren zich tijdens het broedseizoen, de wintermaanden en de migratie bevonden. Met grote precisie konden de onderzoekers nagaan hoe de migratie van welke ooievaars verliep en welke dieren uit welke leeftijdsgroep de tocht overleefden. Ook werd onderzoek gedaan naar de ecologie van de ruimte en de habitat van de witte ooievaar.
Gunstiger klimaat en voldoende voedsel in Spanje
Het rapport van BirdLife beschrijft de verandering van habitat als gevolg van het gunstiger geworden klimaat in Spanje en de opkomst van een nieuwe habitat door toedoen van de mens. Zo zijn de Spaanse vuilstortplaatsen favoriete leefomgevingen voor de ooievaar geworden omdat ze hier zowel in de zomer als in de winter volop voedsel kunnen vinden. Ook de Spaanse rijstvelden bieden meer dan genoeg voedsel en zijn een gewilde habitat voor de ooievaars geworden.
Ten tijde van de overwintering in Afrika legde de dieren gemiddeld tweeëneenhalf duizend kilometer af om de Sahel te bereiken waar ze op zoek gingen naar voedsel. Nu hebben de ooievaars deze traditie verruild voor een rustig leven in de eigen omgeving. Of in ieder geval, in de buurt van de eigen omgeving. Ooievaars uit Noord-Spanje wagen zich nog af en toe aan een tocht naar Zuid-Spanje. Veel meer dan 200 kilometer leggen de dieren nu niet meer af. De gevaarlijke Straat van Gibraltar, waar ze afhankelijk waren van de thermiek, steken ze niet meer over. Met een toegenomen gemiddeld gewicht van 3,5 kilo zijn de ooievaars inmiddels ook te zwaar geworden om te vliegen en zou de kans groot zijn om in zee terecht te komen.
Na de Straat van Gibraltar volgt nog een tweede gevaarlijk obstakel: de Sahara, waar voedsel niet voorhanden is en in de enorme hoeveelheid zand geen tussenstop kan worden gemaakt. Kortom, een risicovolle reis waardoor maar 9,5% van de jonge ooievaars die geboren zijn in Spanje het eerste levensjaar overleeft. In tegenstelling tot de bijna 50% ooievaars uit Midden-Europa die het tweede levensjaar haalt. De reis van Midden-Europa naar Zuid-Spanje is al een stuk korter dan die naar Afrika en bovendien passeren de vogels op deze reis geen woestijn. De kortere afstand met minder obstakels onderweg vergroot de overlevingskans voor deze dieren aanzienlijk.