Spanje beleeft een rampzalig brandseizoen en Spaanse boswachters trekken aan de noodrem. Volgens de confederatie van boswachters COSE is minstens 1 miljard euro per jaar nodig om bossen te onderhouden en verwoestende natuurbranden te voorkomen. Maar achter de rookgordijnen schuilt een dieper probleem: het platteland loopt leeg, het klimaat verandert razendsnel en daarmee verdwijnt ook de natuurlijke bescherming tegen vuur en ontwikkelen branden zich veel heviger.
Met ruim 350.000 hectaren verwoest door vuur, waarvan 200.000 in slechts vier dagen, is 2025 het zwaarste jaar qua natuurbranden in decennia. De meteorologische dienst AEMET waarschuwt dat het einde van de hittegolf geen reden is om te verslappen. Premier Pedro Sánchez riep op tot een “Staatspact” voor het klimaat. Hij noemde de huidige branden “van de vierde en vijfde generatie”: extreem intens, onvoorspelbaar en nauwelijks nog te beheersen.
Klimaatverandering als katalysator
Volgens klimaatdeskundigen is het huidige brandseizoen geen incident, maar een symptoom van een structureel probleem. Marc Castellnou, hoofd bosbouw bij de brandweer van Catalonië, waarschuwt dat Spanje afstevent op “branden van de zesde generatie”. Dat zijn vuurhaarden die hun eigen weersystemen creëren en vrijwel onbeheersbaar zijn. De combinatie van een nat voorjaar gevolgd door extreme hitte en droogte zorgt voor een explosieve groei van vegetatie die razendsnel uitdroogt. Het resultaat: een brandbare bom van ondergroei en struikgewas.
Minister Aagesen van Milieu bevestigt dat Spanje structureel kwetsbaar is geworden door klimaatverandering. Ze roept op tot meer preventie en wijst op de wetenschappelijke voorspellingen van verergerende gevolgen. De cijfers spreken voor zich: temperaturen liepen op tot 45°C, de luchtkwaliteit in regio’s als Ourense zakte tot “zeer slecht”, en Spanje moest blusvliegtuigen uit Frankrijk, Italië en zelfs Nederland inschakelen.
Bosbeheer kost geld, heel veel geld
Volgens de Confederación de Organizaciones de Selvicultores de España (COSE) is er jaarlijks minstens 1 miljard euro nodig om de Spaanse bossen minder vatbaar voor vuur te maken. Dat bedrag is gebaseerd op de gemiddelde kosten van bosbeheer per hectare (€3.130 volgens Tragsa). Ter vergelijking: het huidige Plan Forestal 2022–2032 voorziet in een totale investering van €2,6 miljard over tien jaar. COSE wil dat bedrag dus bijna in één jaar uitgegeven zien.
Ondertussen blijkt uit cijfers van Asemfo dat het budget voor bosbrandpreventie in Spanje tussen 2009 en 2022 met ruim 52% is gedaald: van 364 miljoen euro naar slechts 175 miljoen euro. Alleen de uitgaven voor het blussen van branden bleven stabiel op circa 417 miljoen euro per jaar. Volgens experts vergroot deze scheve verdeling het risico op verwoestende branden, zoals die waar Spanje deze zomer opnieuw zwaar onder lijdt.
“Branden blus je met investeringen”
De boswachters zijn stellig: “De echte brandbestrijding begint bij het opstellen van de begroting.” Zonder structurele investeringen in preventie en bosbeheer blijft Spanje afhankelijk van dure blusoperaties. Daarbij is het vaak onduidelijk hoeveel geld er daadwerkelijk naar preventie gaat, door versnipperde bevoegdheden en ondoorzichtige begrotingsposten. Alleen regio’s als Galicië, Extremadura, Castilla-La Mancha en de Balearen geven voldoende inzicht in hun uitgaven.
Miguel Ángel Duralde van Asemfo hekelt het politieke opportunisme: “Na een grote brand laten politici zich liever fotograferen bij blushelikopters dan investeren in degelijk bosbeheer.” Hij wijst erop dat preventie vaak sneuvelt bij bezuinigingen, omdat de resultaten minder zichtbaar zijn. En dat terwijl het blussen van één hectare gemiddeld 19.000 euro kost. De branden tot half augustus 2025 — goed voor bijna 99.000 hectare — zouden de staat al ruim 1,8 miljard euro hebben gekost.
De branddriehoek: waar mensen verdwijnen komt vuur
Zamora, león en Ourense zijn de drie provincies die het zwaarst getroffen zijn door natuurbranden. Samen vormen deze de zogeheten branddriehoek. Het vuur is echter niet het enige dat deze regio’s verteert. In de afgelopen 40 jaar is hier maar liefst 22,7% van de bevolking verdwenen. Sinds 1971 zelfs 27,3%. Terwijl Spanje als geheel groeide met 42,8%, krimpt dit deel van het land in een tempo dat zelfs tijdens de burgeroorlog ongekend was.
De bevolkingsdichtheid in deze regio’s is schrikbarend laag: minder dan 26 inwoners per km², tegenover 855 in Madrid. En met een gemiddelde leeftijd boven de 50 en nauwelijks immigratie (Zamora: 3,79%, Ourense: 5,35%, León: 4,51%) is er weinig perspectief op herstel.
Minder mensen, minder vee, meer vuur
Een direct gevolg van deze demografische leegloop is het verdwijnen van extensieve veeteelt. In Castilla y León zijn er sinds 2010 zo’n 134.000 minder schapen en geiten. Die dieren helpen traditioneel bij het schoonhouden van bosgebieden. In plaats daarvan groeit het aantal varkens in grootschalige, geïsoleerde stallen. Het resultaat? Meer ongecontroleerde vegetatie, meer brandstof voor vuur.
Hoewel het aandeel van de landbouw in het regionale BBP in Castilla y León is gestegen tot 5,3%, gebeurt dat ten koste van de veeteelt. In Galicië daalt het landbouwgewicht juist, van 5,5% in 2015 naar 4,5% nu, mede door de opkomst van toerisme. De natuurlijke balans raakt zoek.
Volgens deskundigen zoals Arantza Pérez Oleaga van het Colegio de Ingenieros de Montes is het gebrek aan structureel bosbeheer in alle regio’s voelbaar. “We moeten het overtollige biobrandstofmateriaal in bossen beter beheren,” zegt ze, verwijzend naar droog hout en plantenresten die branden aanwakkeren.
Brandweer-ezels: Spanjes verrassende bondgenoten tegen bosbranden
Een platteland dat niet meer mee mag doen
Het contrast met de rest van Spanje is schrijnend. Sinds 1998 groeide de bevolking met 8,5 miljoen mensen, vooral dankzij immigratie. Maar deze demografische “tsunami” sloeg de branddriehoek over. In Zamora zijn er nog maar vier gemeenten met meer dan 2.000 inwoners. In León zijn er nu minder bedrijven actief dan in 1999. En hoewel het BBP per hoofd van de bevolking lijkt te stijgen, is dat slechts een statistische illusie: minder mensen betekent een grotere taartpunt, niet een grotere taart.
Dubbele inzet nodig: geld, mensen én klimaatbeleid
COSE roept op tot een verdubbeling van de huidige investeringen in bosbeheer. Maar geld alleen is niet genoeg. Er zijn ook fiscale voordelen nodig voor landeigenaren die preventieve maatregelen nemen, en betere toegang tot Europese fondsen zoals FEDER en FEADER. En misschien nog belangrijker: een herwaardering van het platteland én een robuust klimaatbeleid, zodat mensen terugkeren, bossen worden beheerd en het landschap opnieuw tot leven komt.
Duralde benadrukt dat Spanje jaarlijks 30 miljoen kubieke meter hout importeert, terwijl het slechts 40% oogst van wat het zelf duurzaam zou kunnen produceren. Slimmer gebruik van de bestaande bosrijkdom zou niet alleen economisch voordelig zijn, maar ook bijdragen aan brandpreventie.
Wetenschappers pleiten daarnaast voor renaturalisatie: het herstellen van natuurlijke processen, gecontroleerde ‘mozaïekverbranding’, en inzet van grazers om ondergroei te beperken. Grote, gezonde bomen en afwisselende begroeiing kunnen beter tegen droogte en hitte, en zorgen voor een natuurlijke rem op het vuur.