Lamine Yamal, de jonge sterspeler van FC Barcelona, blijkt op sociale media het vaakst uitgescholden te worden en racistische opmerkingen te krijgen van alle voetballers in Spanje. Volgens een nieuw onderzoek gaat het zelfs om meer dan Vinícius Júnior, die de afgelopen jaren symbool werd van de strijd tegen racisme in het Spaanse voetbal.
Racisme is in voetbal geen nieuw probleem. We zagen eerder al incidenten in Spaanse stadions, onder meer bij Vinícius in Valencia en Iñaki Williams tegen Espanyol. Maar uit het onderzoek van het Observatorio Español del Racismo y la Xenofobia (Oberaxe) blijkt nu dat een groot deel van het racisme in voetbal zich heeft verplaatst naar sociale media.
Daar is Lamine Yamal veruit het grootste doelwit. Naar schatting 60% van alle racistische berichten over profvoetballers in Spanje is tegen hem gericht. Vinícius Júnior volgt met 29%. Andere namen die in het rapport opduiken zijn Kylian Mbappé, Alejandro Balde, Iñaki Williams, Nico Williams en Brahim Díaz, maar zij krijgen ieder slechts enkele procenten van de haatberichten.
Schermen met nepnamen en anonieme profielen
De meeste racistische uitingen komen van anonieme of half anonieme accounts. Gebruikers verstoppen zich achter nepnamen en profielfoto’s, waardoor de drempel om iemand grof uit te schelden laag is. Lamine Yamal wordt daarbij uitgemaakt voor onder meer “mena” of erger, grove scheldwoorden die zijn afkomst en huidskleur aanvallen.
Oorspronkelijk is ‘mena’ een neutrale juridische term voor minderjarige migranten die zonder ouders in Spanje aankomen. Maar in het dagelijkse taalgebruik is ‘mena’ een scheldwoord geworden, vaak gericht op jongens met een Noord-Afrikaanse achtergrond.
Volgens Tomás Fernández, directeur van Oberaxe, is het geen toeval dat juist Lamine Yamal zo vaak wordt aangevallen. In het radioprogramma Carrusel Canalla legde hij uit dat Lamine Yamal voor sommige haters alles verenigt waar zij zich aan storen: jong, succesvol, zichtbaar, en met een migratieachtergrond. Daardoor wordt hij een soort bliksemafleider voor online racisme.
Real Madrid en Barça als clubkoplopers
Het rapport keek niet alleen naar spelers, maar ook naar clubs. De club die in Spanje het vaakst met racisme op sociale media wordt geconfronteerd is Real Madrid (34%), gevolgd door FC Barcelona met 32%. Wie regelmatig LaLiga volgt, ziet dat de discussie over racisme steeds terugkeert. Maar concrete verandering gaat langzaam.
Meer actie nodig, ook buiten het stadion
LaLiga heeft de afgelopen jaren het protocol tegen racisme aangescherpt en werkt samen met justitie en sociale mediaplatforms. Er zijn meldpunten, onderzoek naar daders en soms ook stadionverboden of strafzaken. Toch blijkt uit de cijfers van dit rapport dat de maatregelen nog niet genoeg zijn om online racisme in voetbal echt terug te dringen.
Zolang haatdragende accounts anoniem kunnen blijven, blijft het bovendien moeilijk om daders aan te pakken. Tegelijkertijd groeit de druk op clubs, bond en overheid om spelers als Lamine Yamal beter te beschermen, zowel op het veld als online.