In Vitoria, de hoofdstad van Baskenland en een van de groenste steden van Spanje, is een arbeidsconflict de afgelopen maanden ontaard in een persoonlijke aanval op een lokale politica. Locoburgemeester Beatriz Artolazabal van de Baskische Nationale Partij (PNV) wordt al sinds maart dit jaar belaagd door een groep van zeventien hoveniers die in staking zijn.
Wat begon als een conflict over loon en een kortere werkweek, groeide uit tot een lastercampagne. Een zaak die aantoont waarom vakbondsacties in Baskenland vaak harder en feller zijn dan elders in Spanje.
Van staking naar persoonlijke hetze
In maart 2025 begint de ellende wanneer de hoveniers van het Spaanse hoveniersbedrijf Enviser in staking gaan. De werknemers eisen hogere lonen en kortere werktijden. Ze krijgen steun van de Baskische vakbonden ELA, LAB en ESK. Vakbonden die bekendstaan om hun harde opstelling en langdurige acties. Al snel richt hun woede zich op Artolazabal persoonlijk. Voor haar woning duiken pamfletten op die haar afbeelden als “fascist” en als vrouwelijke Hitler met een snor. Op straat vallen ze haar lastig. Het gaat van kwaad tot erger wanneer in juni feestvierders tijdens de midzomernachtfeesten van San Juan een pop met haar beeltenis op de brandstapel gooien. Omstanders juichen toe. De politica, wier familie zich ook bedreigd voelt, heeft inmiddels voor de tweede keer aangifte gedaan bij de Baskische politie.
Waarom in Baskenland?
Dat dit juist hier gebeurt, is geen toeval. Baskenland heeft de hoogste vakbondsdichtheid van Spanje: bijna een derde van de werknemers is er aangesloten bij een bond. Dat is ongeveer het dubbele van het Spaanse gemiddelde, dat rond de 15% ligt. Terwijl op veel andere plekken vooral de nationale bonden UGT en CCOO de toon zetten, domineren in Baskenland de regionale bonden ELA en LAB. Linkse, nationalistische organisaties die vaak harde acties en stakingen uitvoeren. Ze verbinden arbeidsconflicten vaak met bredere politieke doelen zoals autonomie en sociale rechtvaardigheid.
Daardoor zijn vakbondsacties en stakingen in Baskenland vaker fel en langdurig. Sectoren die het dagelijks leven raken – zoals openbaar vervoer, schoonmaaksector of de gezondheidszorg – worden geregeld platgelegd. De acties krijgen bovendien steun van linkse partijen en activistische bewegingen. De staking van de hoveniers in Vitoria past in dat patroon: zichtbaar, volhardend en breed gedragen.
Reacties uit de politiek
De politieke partijen in de gemeenteraad van Vitoria spreken zich uit tegen de lastercampagne tegen Artolazabal. Alleen de links-nationalistische partij EH Bildu weigert de acties expliciet te veroordelen. Wel verklaarde Bildu zich “solidair” met de bedreigde locoburgemeester. De Baskische regering probeert intussen te bemiddelen met voorstellen voor loonsverhogingen en kortere werktijden. De hoveniers wijzen die steeds af. Nu de protsten steeds radicaler en persoonlijker worden neemt hun sociale steun wel af.
Artolazabal, al jarenlang een ervaren politica en sleutelfiguur in Vitoria, is zo (ongewild) het gezicht geworden van de keerzijde van de Baskische vakbondscultuur. Zelf zegt ze hierover: “We mogen niet toestaan dat een arbeidsconflict uitmondt in een persoonlijke hetze.”
Akkoord tussen ministerie en vakbonden om werkweek te verkorten naar 37,5 uur voor eind 2025