Bijzondere herdenkingsmars bereikt Almería in eerbetoon aan ‘La Desbandá’

Herinnering aan een van grootste tragedies van Spaanse Burgeroorlog

door Else BeekmanElse Beekman
road to hell: La Desbandá

Na tien dagen lopen vanuit Málaga is de jaarlijkse herdenkingsmars van La Desbandá aangekomen in Almería. Honderden deelnemers hebben zich aangesloten om het tragische lot van duizenden burgers te herdenken die in februari 1937, tijdens de Spaanse Burgeroorlog, op de vlucht sloegen voor het oprukkende franquistische leger.

De term ‘La Desbandá’ vindt zijn oorsprong in het Spaanse woord ‘desbandada’, wat ‘wanordelijke vlucht’ of ‘chaotische uittocht’ betekent. Dit jaar kreeg de herdenkingsmars extra symbolische betekenis door de toestemming om een historische route te volgen. De oude N-340, beter bekend als El Cañarete, werd voor de mars opengesteld.

La Desbandá wordt beschouwd als een van de grootste tragedies van de Spaanse Burgeroorlog. In februari 1937 sloegen tussen de 200.000 en 300.000 mensen op de vlucht richting Almería, in een poging te ontsnappen aan het geweld in Málaga. De weg langs de kust veranderde voor hen al snel in een wandeling des doods in plaats van de weg naar de vrijheid. Vluchtelingen werden beschoten door franquistische troepen, ondersteund door Italiaanse en Duitse luchtmacht. Het werd een bloedbad waarbij duizenden mensen omkwamen.

De mars van La Desbandá dient als oproep om het leed van de duizenden slachtoffers op deze weg niet te vergeten. Dit jaar werd de herdenking versterkt door de recente erkenning van La Desbandá als een ‘Lugar de Memoria Democrática’ door de Spaanse overheid.

Een tocht met symbolische betekenis

Dit jaar werd de route van de La Desbandá mars aangepast. Aanvankelijk gaven de autoriteiten geen toestemming om via El Cañarete te lopen, de oude kustweg N-340 tussen Málaga en Almería. Na onderhandelingen werd het traject echter alsnog goedgekeurd. Tussen 10.00 en 13.00 uur werd deze weg tussen Aguadulce en Almería volledig afgesloten, zodat de deelnemers er veilig zonder verkeer konden wandelen. De mars werd begeleid door de Guardia Civil en de lokale politie van Roquetas de Mar en Almería.

De intocht in Almería werd afgesloten met een ceremonie bij het monument van Mauthausen. Deze plek is gewijd aan de Spaanse slachtoffers van naziconcentratiekampen. Rafael Morales, voorzitter van de organiserende vereniging, benadrukte het belang van de herdenking: “We kunnen niet toestaan dat deze geschiedenis wordt vergeten.”

Steun van prominente sprekers

De slotceremonie in Almería trok niet alleen deelnemers van de mars, maar ook vele belangstellenden. Onder de sprekers bevonden zich Fernando Martínez, staatssecretaris voor Democratische Herinnering, en Antoine Parra, de burgemeester van de Franse stad Argelès-sur-Mer. Zijn grootouders vluchtten in 1939 via deze route naar Frankrijk. Martínez prees de mars als een belangrijk initiatief om de herinnering aan La Desbandá levend te houden. Hij waarschuwde ook voor de gevaren van historische ontkenning. Verder benadrukte hij het belang van democratische waarden. “Vrijheden die met moeite zijn bevochten, kunnen op elk moment verloren gaan.”

Officiële erkenning van La Desbandá

De Spaanse regering heeft onlangs La Desbandá officieel erkend als een historisch moment van nationaal belang. De tragedie wordt nu erkend als een van de meest gewelddadige episoden van de Spaanse Burgeroorlog.

De overeenkomst die in het Spaanse staatsblad BOE is gepubliceerd, bevat de getuigenis van de kapitein van de Carabineros, Francisco Angulo. Hij spreekt over de kilometerslange karavaan van weerloze burgers. “De pelgrimstocht te voet van bijna 200.000 mensen van Malaga naar Almeria heeft geen precedent in de geschiedenis van oorlogsevacuaties. Mannen stierven onderweg van kou, honger en uitputting. Vrouwen met kinderen in hun armen en met enorm misvormde voeten en bedekt met zweren, uitgehongerde gezichten, etc.”

Tijdens de hele tocht bleven de legers van Franco de colonnes burgers aanvallen. “Het tragische feit van de bombardementen op de burgerbevolking en de terreur die hen wordt aangedaan, maken deel uit van de systematische schendingen van het internationaal recht inzake mensenrechten en het internationaal humanitair recht”, aldus de verklaring. “Tot dan toe was de burgerbevolking geen militair doelwit in oorlogstijd. De massamoord op burgers die via de eerder genoemde weg vluchtten, luidde echter een periode van mensenrechtenschendingen in. Die periode werd vervolgens tijdens de Tweede Wereldoorlog verergerd en uitgebreid.”

De erkenning is een belangrijke stap in het bewaren van de historische waarheid en het herdenken van de slachtoffers.

Lees ook: ‘The road to hell’ van Málaga naar Almería. Februari 1937