Een universiteit in Chili ging op onderzoek uit en ondervroeg 400 personen naar hun opinie over welke sprekers van het Spaans die taal het beste beheersen. Uit dit onderzoek bleek dat Chili en Argentinië als slechtste werden beoordeeld. Op de tweede plek kwamen de Argentijnen met 19,5% waar de Chilenen er amper 3% uit sleepten. Aan de andere positieve kant staan de Peruanen en Spanjaarden zelf. Die landen kregen respectievelijk 37,8% en 28,8%. Hun uitspraak en vocabulaire is volgens het onderzoek duidelijk beter dan die van de Chilenen.
Er bestaat geen twijfel over dat er zeer veel verschillende soorten Spaans bestaan, als je kijkt naar uitspraak, woordgebruik en vocabulaire. Spaans wordt wereldwijd door 400 miljoen mensen gesproken. Driekwart daarvan woont in Latijns Amerika. Tussen al die landen onderling, waar de taal wordt gesproken, bestaan grote afstanden en logischerwijs ook grote verschillen. ‘Hechar de menos’ betekent bijvoorbeeld ‘missen’ in Spanje, m#mce_temp_url#aar in Venezuela zeg je ’te extraño’ als je wilt zeggen ‘ik mis je’.
De onderzoekers zijn niet verbaasd dat de ‘gouden medaille’ naar Peru gaat. De hoofdstad van dit land, Lima, was na de oprichting in 1535 bijna twee eeuwen lang een van de belangrijkste steden in de Spaanstalige wereld en al vrij snel een cultureel centrum dat Spanje met Zuid-Amerika verbond.