Pedro Sánchez zet daarom in op de 30-minutenregel om gelijkheid op het platteland te garanderen. Dat zei hij zaterdagochtend tijdens een optreden in het kader van de verkiezingscampagne in Úbeda, in de provincie Jaén.
De premier wees op een van de problemen die steeds meer Spaanse regio’s zorgen baren: ontvolking en het gebrek aan middelen voor mensen die nog wel op het platteland wonen. Wel gaf Sánchez toe de 30-minutenstrategie als een behoorlijke uitdaging te zien. Toch is het volgens hem “fundamenteel in het streven naar territoriale gelijkheid tussen het platteland en de grote steden in ons land”.
“Wij als organisatie gaan de uitdaging aan om een land te bouwen waar geen twee, drie of vier snelheden zijn, maar waar burgers, waar ze ook wonen, vooral op het platteland, alle essentiële diensten hebben op minder dan 30 minuten afstand: gezondheid, onderwijs ….”
De toewijding aan de “plattelandswereld”, waarnaar Sánchez vanmorgen meermaals heeft verwezen, betreft volgens huffingtonpost.es een toenemend percentage van de Spaanse bevolking. Daarom maken politici van alle formaties enthousiast gebruik van het thema met de komende gemeenteraadsverkiezingen in het vooruitzicht.
Beleid van de demografische uitdaging en het platteland
Tijdens zijn toespraak zinspeelde de president van Spanje ook op de 900 miljoen euro die is geïnvesteerd in ultrasnelle breedbandverbindingen op het platteland, waar meer dan 4,7 miljoen mensen van zullen profiteren. “Met dit alles zeg ik u dat het beleid van de demografische uitdaging en het platteland een staatsbeleid is voor deze regering en dat ik me met dat beleid tot het einde toe inzet”, aldus Sánchez.
Aangekondigde regel meer symbolisch dan normatief
Deze regel van Sánchez heeft volgens AS meer een symbolisch dan normatief gewicht. De premier gebruikt het om juist de tekortkomingen van de Partido Popular in haar kandidatuur voor de regio aan te tonen. Die partij wordt beschuldigd van “ontmantelen van het park van openbare diensten” en de verzorgingsstaat. De president heeft in zijn toespraak in Úbeda verdedigd dat de socialisten de economie beter beheren dan de PP en dat ze “een uitbreiding van de sociale diensten” uitvoeren.