Een wellicht minder bekende, maar ook getroffen sector is die van de katoenbouw. Volgens de meest optimistische schattingen staat de sector dit jaar een productieverlies van minimaal 40% te wachten. Maar volgens UPA Andalucía (een beroepsorganisatie van kleine boeren in Andalusië) is er een kans dat dit cijfer nog dramatischer uit gaat vallen.
Bescheiden speler
Spanje is op wereldschaal een relatief bescheiden speler op de katoenmarkt, maar binnen de Europese Unie is het een van de grootste producenten. Het land levert ongeveer één vijfde van alle katoen in de EU, wat gelijk staat aan een aandeel van ongeveer 1% van de totale productie in de wereld. De andere grote producent in Europa is Griekenland.
De meeste katoen in Spanje komt uit Andalusië, hoewel er ook sprake is van katoenproductie in Murcia. Katoen is vooral een belangrijk gewas in de provincies Sevilla, Cádiz en Jaén en in het bijzonder in de streek Bajo Guadalquivir in de provincie Sevilla. De verbouw van katoen in Spanje is met name bedoeld voor de export naar Aziatische landen waar er op grote schaal textiel van gemaakt wordt.
Plaag
Katoen is een gewas dat normaliter veel water nodig heeft en daar heeft het dit jaar in grote delen van Spanje aan ontbroken. Bovenop de droogte was er in sommige productiegebieden, zoals Andújar (in Jaén), een plaag van zogenaamde “boll”- rupsen. Deze larven van de katoendaguil (een vlindersoort) eten de katoenbolletjes en zaadjes op tijdens hun verpoppingsproces.
Steun
Belangenorganisaties als UPA Andalucía en AGAMA Bajo Guadalquivir hebben dan ook bij de regionale regering aangeklopt voor ondersteuning. Normaliter is er pas recht op steun bij een bepaalde minimumproductie. Het voorstel van beide organisaties is om die voorwaarden naar beneden bij te stellen, zodat meer katoenproducenten voor hulp in aanmerking komen.