De bevolkingsgrootte van Spanje is in het eerste half jaar van 2020 nagenoeg gelijk gebleven. Dit ondanks het feit dat er veel migranten naar Spanje zijn gekomen en dat er veel meer mensen in coronatijd zijn overleden dan in andere jaren gemiddeld het geval was. Ook werden er vorig jaar minder baby’s geboren dan normaal gebruikelijk is.
Bevolkingsaantal Spanje weer terug op 47,3 miljoen mensen
Spanje telde op 1 januari 2020 47,3 miljoen mensen. Het Nationaal Instituut voor Statistiek (INE) meldt dat in het eerste half jaar van 2020 er 167.559 baby’s zijn geboren en 261.616 mensen zijn overleden. 245.301 mensen zijn vanuit het buitenland in Spanje komen wonen en 131.445 mensen zijn uit Spanje vertrokken. Deze op- en aftelsommen maken dat de bevolking per 1 juli 2020 wederom is vastgesteld op 47,3 miljoen mensen in Spanje.
De conclusie die hieruit getrokken kan worden is dat de vele migranten in Spanje het sterftecijfer, verergerd door Covid-19, en het achterblijvende geboortecijfer in Spanje heeft gecompenseerd. De migranten die naar Spanje zijn gekomen, zijn voornamelijk afkomstig uit Colombia (27.931 mensen), Venezuela (17.043 mensen) en Marokko (10.968 mensen).
Bevolkingsgroei en -afname niet in alle Spaanse regio’s gelijk
In elf autonome regio’s in Spanje is de bevolking gegroeid in 2020, waarvan relatief het meest op de Balearen (+0,37 procent), de Canarische eilanden (+0,33 procent) en Murcia (+0,28 procent). In zes andere regio’s nam het bevolkingsaantal in 2020 af. De grootste daling vond plaats in Castilië en León (-0,42 procent) en Asturië (-0,34 procent).