Elize van Loon
Spanje en Griekenland hebben indrukwekkende stappen gezet om hun economische crises te overwinnen en zijn nu belangrijke groeimotoren binnen de Eurozone. Verwacht wordt dat Spanje dit jaar met 2,9% zal groeien en Griekenland met 2,3%, terwijl Duitsland en Frankrijk te maken hebben met economische tegenslagen.
Beide landen werden zwaar getroffen door de crisis van 2008 en de daaropvolgende eurocrisis. Spanje leed onder de ineenstorting van de vastgoedmarkt en Griekenland werd geconfronteerd met een enorm begrotingstekort en noodleningen van de EU en het IMF.
Door internationale reddingsacties en strenge bezuinigingsmaatregelen konden de twee landen hun economie weer opbouwen. De pandemie van 2020 bracht echter nieuwe uitdagingen met zich mee, vooral voor Spanje, dat sterk afhankelijk is van toerisme. De toeristische opleving van het afgelopen jaar heeft de economie van beide landen aanzienlijk versterkt.
Uitdagingen door inflatie
Ondanks het economische herstel blijft inflatie een probleem. Veel Spanjaarden voelen dat hun koopkracht is afgenomen door stijgende kosten van levensonderhoud en stabiele salarissen. Voor ondernemers in Spanje is de belastingdruk toegenomen, waardoor het duurder is geworden om personeel in dienst te nemen.
Zorgen over duurzaamheid van groei
Economen maken zich zorgen over de duurzaamheid van de economische groei in beide landen. Toerisme, overheidsuitgaven en immigratie kunnen niet oneindig blijven groeien. Vooral Griekenland, dat afhankelijker is van export en toerisme, moet structurele problemen en productiviteitsuitdagingen aanpakken.
Werkloosheid blijft een uitdaging
Spanje en Griekenland moeten diversificatie nastreven en investeren in verschillende industrieën om langdurige economische stabiliteit te waarborgen. Werkloosheid blijft een uitdaging, met percentages rond de 11% in Spanje en 9% in Griekenland, bijna het dubbele van het EU-gemiddelde.
Conclusie
Spanje en Griekenland hebben enorme vooruitgang geboekt van economisch verval naar bloei, grotendeels dankzij toerisme, investeringen en verbeterde productiviteit. Hoewel er aanzienlijke uitdagingen blijven bestaan, bieden hun inspanningen hoop op een duurzame groei. Beide landen blijven cruciale groeimotoren van de economie binnen de Eurozone. Wel moeten de landen hun economie blijven diversifiëren en de onderliggende structurele problemen aanpakken om blijvende vooruitgang te boeken.