Sinds het begin van de uitbraak van de oorlog in Oekraïne, op 10 maart dit jaar, heeft het Bureau voor asiel en vluchtelingen (OAR) van het ministerie van Binnenlandse Zaken en de Nationale Politie tot afgelopen dinsdag in totaal aan 150.078 bescherming aan Oekraïense vluchtelingen verleend.
Met dit cijfer behoort Spanje tot de Europese landen die de meeste burgers uit Oekraïne hebben opgevangen. Van de mensen die tijdelijke bescherming zochten in Spanje, is 64,1 procent vrouw (96.192). 34,55% is jonger dan 18, 25% is tussen 19 en 35, 33,76% is tussen 36 en 64. 6,6% is ouder dan 65 jaar. De meeste vluchtelingen zijn opgenomen door de regio Valencia, (38 873), Catalonië (34 070), Madrid (22 002) en Andalusië (21 305).
Het merendeel van de vluchtelingen, 98,41%, heeft de Oekraïense nationaliteit, terwijl de overige 1,59% burgers van andere nationaliteiten zijn die legaal op Oekraïens grondgebied verbleven toen de oorlog uitbrak. Dankzij het mechanisme dat door het Asiel- en Vluchtelingenbureau (OAR) van het Spaanse ministerie van Binnenlandse Zaken in werking is gesteld, kan binnen 24 uur na de aanvraag tijdelijke bescherming worden verleend.
De procedure wordt ingeleid bij de nationale politiebureaus door het hele land. Ook kan dat bij de op het gehele nationale grondgebied en in de erkende opvangcentra. Daar zijn functionarissen van de nationale politie, ondersteund door tolken, verantwoordelijk voor de afname van identificatiegegevens van Oekraïense burgers. Alle behandelde aanvragen om tijdelijke bescherming gaan vergezeld van een verblijfsvergunning en, voor volwassenen ook van een werkvergunning.
Bovendien kunnen de vluchtelingen die in Spanje tijdelijke bescherming krijgen, overeenkomstig de bepalingen van het directoraat-generaal Verkeer, hun rijbewijs ten minste een jaar lang legaal gebruiken in Spanje.
Lees ook het artikel ‘Spanje bij landen die minste wapens naar Oekraïne hebben gestuurd’.