Wat zijn de regels voor autoverlichting in Spanje?

door admin
Wat zijn de regels voor autoverlichting in Spanje?

Overtreed je de regels kun je rekenen op boetes tot 200 euro. Met de campagne wil DGT alle chauffeurs in Spanje eraan herinneren hoe belangrijk het is om altijd de lichten van hun voertuig aan te hebben. Een kwestie die tot verwarring bij velen leidt, met soms boetes tot gevolg als mensen zich niet aan de regels, die ze niet eens scherp in het vizier hebben, houden. De DGT heeft op sociale netwerken zoals Twitter benadrukt hoe belangrijk het is om goed gebruik te maken van de verlichting, vooral in oudere auto’s.

Dagrijlicht

Momenteel zijn alle voertuigen die vanaf 2011 op de markt worden gebracht, voorzien van dagrijverlichting (DRL), zuinige verlichting die altijd automatisch aangaat zodra de auto wordt gestart. Voor voertuigen die dit niet hebben, raadt de DGT aan om zowel overdag als ’s nachts het dimlicht aan te hebben, omdat gezien worden net zo belangrijk is als zien bij slecht zicht.

Bij twijfel is het altijd goed om je lichten aan te houden, agenten hebben chauffeurs herhaaldelijk bestraft omdat ze dit niet deden, maar andersom zal het aanhouden van de korteafstandslichten nooit een reden zijn voor een boete. 

Je lichten moeten altijd branden wanneer: het nacht is, er weinig zicht is, in tunnels, op speciale rijstroken, die omkeerbaar, extra zijn of waarop in de tegenovergestelde richting gecirculeerd kan worden.

Daarnaast doet Tráfico ook een beroep op degenen die over het dagrijlichtsysteem beschikken, door hen eraan te herinneren wanneer het dimlicht moet worden ingeschakeld: in tunnels, op speciale rijstroken en in situaties met slecht zicht. De verlichting op juiste manier gebruiken zou volgens DGT 10 procent van de dodelijke ongevallen op de weg verminderen. 

Samenvattend: de verlichting moet aan:

  • Tussen zonsondergang en zonsopkomst
  • In tunnels
  • Op omkeerbare rijstroken of in de tegenovergestelde richting
  • In omstandigheden met slecht zicht
  • Motoren moeten altijd hun lampen aan hebben

Dimlicht

Dimlicht wordt het meest gebruikt en is vaak verplicht. Dimlicht is de verlichting die je standaard moet voeren wanneer het donker is. Als het zicht verminderd wordt door mist, hagel, regen of sneeuw, gebruik je dit licht ook overdag. Bij ingeschakeld dimlicht branden zowel de koplampen, de achterlichten als de kentekenplaatverlichting

Groot licht 

Groot licht is de voertuigverlichting die de weg voor een voertuig over een grote afstand verlicht. Het is te onderscheiden van dimlicht, waarbij de lichtbundel naar beneden is gericht om andere weggebruikers niet te verblinden, en dat de weg over een kortere afstand verlicht.

Grootlicht mag alleen tussen zonsondergang en zonsopgang worden gebruikt in gebieden waar mensen met een snelheid van meer dan 40 km/u op slecht verlichte wegen rijden. Als een auto uit de tegenovergestelde richting komt, moet jehet grootlicht uitzetten, omdat dit hen kan verblinden. Ook wanneer je een andere weggebruiker van achteren nadert moet je om dezelfde reden het grootlicht uitschakelen .

Mocht een van je lampen kapot zijn, dan kun je niet rijden. De verkeerspolitie kan je hiervoor ook beboeten. 

Van gevarendriehoek naar V-16-flashlight

Je moet niet alleen corect gebruik maken van de traditonele verlichting van je voertuig, maar zult ook de gevarendriehoeken moeten vervangen door het V-16-lampje, een nieuw apparaat dat op 1 juli van kracht is geworden. Het gebruik ervan zal tot 1 januari 2026 complementair zijn aan dat van de nooddriehoeken.

Dit vind je misschien ook leuk