
Feijóo beschrijft de Spaanse economie als "vastgelopen", terwijl Sánchez zich vooral enorm positief uit over de ontwikkeling van de economie de laatste jaren onder zijn regering. "Als we zojuist het bbp van 2019 hebben hersteld, betekent dit dat onze economie al vijf jaar stilstaat", aldus Feijóo tijdens een partijbijeenkomst op 26 juni. Aan de andere kant heeft de socialist Sánchez herhaaldelijk verklaard dat de economie van het land "als een motor" draait, zoals hij op 29 juni zei.
Maar wat is nu de werkelijke situatie van de Spaanse economie? Heeft Feijóo gelijk, heeft Sánchez gelijk, of hebben ze allebei gelijk? Factcheck website Newtral zocht het uit en concludeert dat er volgens de experts op dit gebied "geen absolute waarheid" is. De verklaringen van beide kandidaten kunnen dus zowel juist als onjuist zijn.
De sleutel: het referentiejaar bij vergelijkingen
In gesprek met Newtral.es leggen zowel José Emilio Boscá, hoogleraar Economische Analyse aan de Universiteit van Valencia en onderzoeker bij Fedea, als Manuel Hidalgo, hoogleraar Toegepaste Economie aan de Universiteit Pablo de Olavide (UPO) in Sevilla, uit dat het afhangt van welk jaar als referentie wordt genomen bij de vergelijking, wie er gelijk heeft.
"Als we 2019 als referentiejaar nemen, hebben we een lager bbp dat we pas in het eerste kwartaal van 2023 hebben hersteld, dus je zou kunnen zeggen dat de economie heeft stilgestaan: het bbp is nu hetzelfde als vier jaar geleden", zegt Boscá. Echter, zoals de hoogleraar opmerkt, "als je de laatste twee jaar als referentie neemt, groeit de economie redelijk snel gezien factoren zoals de Oekraïnecrisis."
Hidalgo benadrukt dat er hier verschillende tijdstippen worden vergeleken. "Sinds 2019 is er een gebeurtenis geweest [de lockdown als gevolg van het coronavirus] die de hele periode waarover je vergelijkt beïnvloedt", aldus de expert.
"Spanje heeft het slechter gedaan" tijdens de pandemie
Beide analisten erkennen dat de Spaanse economie in 2020 sterker is gekrompen dan die van andere landen en dat het herstel langer heeft geduurd. "Spanje heeft het slechter gedaan en dat beïnvloedt elke maatstaf", zegt Hidalgo, waarbij hij wijst op factoren zoals strengere pandemiemaatregelen en het belang van het toerisme in Spanje, dat groter is dan in andere landen.
Na de pandemie heeft Spanje het beter gedaan
Echter, sindsdien en met uitzondering van begin 2021, "heeft Spanje het aanzienlijk beter gedaan dan de rest van de Europese landen", benadrukt de UPO-professor. Sterker nog, volgens gegevens van het Europese statistiekbureau Eurostat is de Spaanse economie in het eerste kwartaal van 2023 het meest gegroeid ten opzichte van dezelfde periode vorig jaar.
Zoals Boscá concludeert, "om over groei te praten, moeten we aangeven welke jaren als referentie worden genomen". Als we 2021 en 2023 nemen, is de Spaanse economie gegroeid zoals Sánchez beweert, maar dat geldt niet voor de periode tussen 2019 en 2023, zoals Feijóo beweert.
Andere indicatoren
"Op dit moment zijn de macro-economische omstandigheden in Spanje, beter dan die in de rest van Europa, al zijn ze niet fantastisch", legt Hidalgo uit. De expert benadrukt dat wat Feijóo zegt waar is omdat de context van Covid-19 hierin meegenomen moet worden, maar dat wat Sánchez beweert over de macro-economische situatie ook correct is. "Het een sluit het ander niet uit", benadrukt hij.
Inflatie Spanje bij laagste van EU
Hidalgo verdedigt dat Spanje niet langer het land is dat het het slechtst heeft gedaan sinds 2019. Zoals de professor van de UPO benadrukt, behoort de inflatie in Spanje tot de laagste in de Europese Unie, volgens Eurostat, en ook de prestaties op het gebied van de buitenlandse handel zijn positief.
Desalniettemin, hoewel het bbp sterker groeit dan in andere Europese landen en sommige omstandigheden ook beter zijn, wijst Hidalgo op enkele belangrijke nuances bij het analyseren van de situatie in Spanje. "Als we naar de ontwikkeling van de huishoudeconomie kijken, zoals de consumptie, gaat het niet zo goed", legt hij uit, en voegt eraan toe: "Als de rest van de economie goed presteert, komt dat omdat er iets is dat compenseert voor het feit dat huishoudens minder consumeren, zoals de export, die sterk groeit."
Bekijk ook: Spaanse economie is de snelst groeiende binnen de EU
Zowel Sánchez als Feijóo wezen ook naar de arbeidsmarkt bij hun beschrijving van de situatie van de Spaanse economie. Hidalgo legt uit dat, hoewel het aantal werkende mensen groeit, de gecreëerde banen "niet om over naar huis te schrijven" zijn, zoals de socialist beweert. Feijóo heeft daarentegen herhaaldelijk gewezen op de werkloosheid in Spanje en de leidende positie van het land wat dit betreft in Europa, maar Hidalgo herinnert eraan dat dit altijd al zo is geweest: "het is een structureel probleem".
Concluderend stellen de experts dat zowel de bewering dat de economie sterker groeit dan in andere landen, als de bewering van stagnatie enige nuance behoeft om de context te begrijpen. Hoewel de macro-economische omstandigheden in Spanje beter zijn dan die van andere Europese landen, is het belangrijk om te kijken naar de situatie van huishoudens en de werkgelegenheid. Het consumentenvertrouwen en de consumptie van huishoudens zijn niet zo sterk als gehoopt, terwijl het aantal gecreëerde banen weliswaar groeit, maar van matige kwaliteit is.
Economische situatie van Spanje is complex
Kortom, de economische situatie van Spanje is complex en kan niet worden beperkt tot eenvoudige uitspraken van beide politieke kandidaten. De verkiezingen zullen uiteindelijk bepalen wie de leiding krijgt over het land en verantwoordelijk zal zijn voor het vormgeven van het economisch beleid. Daarbij is een diepgaand begrip van de economische uitdagingen en mogelijkheden van Spanje essentieel.