Hoewel tijdens de eerste bijeenkomst geen specifieke cijfers op tafel kwamen, bestaat er een algemene consensus over een verhoging vóór het einde van dit jaar. Deze stap lijkt voort te vloeien uit eerdere aanbevelingen van de sociale partners voor een loonstijging van in totaal 4%.
Driepartijenakkoord in zicht
Het huidige overleg is gericht op een driepartijenakkoord tussen de vakbonden UGT en CCOO, werkgeversorganisaties CEOE en Cepyme, en de regering. De voorgestelde verhoging van 4% zou het minimumloon op ongeveer €1.120 per maand brengen, een stijging van de huidige €1.080. Dit past binnen de doelstellingen van de vakbonden, die het minimumloon willen laten stijgen tot 60% van het gemiddelde loon en tegelijkertijd het koopkrachtverlies willen beperken.
Lees ook: Prijzen harder gestegen dan lonen in Spanje het afgelopen jaar
Uiteenlopende perspectieven
Hoewel er een positieve tendens is richting overeenstemming, bestaan er verschillende perspectieven over hoe het doel van 60% van het gemiddelde loon te bereiken en hoe de koopkracht te behouden. Deze kwesties vereisen nog verdere besprekingen en overeenkomsten.
Een belangrijk punt van overeenstemming tussen de vakbonden en werkgevers is de noodzaak om de regelgeving voor prijsherzieningen in publieke contracten aan te passen. Dit zou de impact van SMI-verhogingen in lopende contracten mogelijk maken, een onderwerp dat ook bespreking met het ministerie van Financiën vereist.
Vervolgbesprekingen gepland
De volgende ronde van besprekingen staat gepland voor 11 december, waarbij concrete cijfers worden verwacht. De vakbonden benadrukken dat er geen onoverkomelijke obstakels zijn voor een tijdige SMI-verhoging in december 2023. Het doel is om zowel het koopkrachtverlies te voorkomen als overeenstemming te bereiken over de berekening van 60% van het gemiddelde loon.
Diverse voorstellen
Er zijn meerdere voorstellen in overweging die variëren in de specifieke hoogte van het SMI voor 2024. Deze voorstellen worden mede beïnvloed door de verwachte loonsverhogingen voor 2023 en de inflatie van basisproducten, vooral voedsel. De vakbonden neigen naar een stijging die in lijn ligt met de geschatte loonstijging van 5,2%, wat zou neerkomen op een SMI van ongeveer €1.136 per maand.
Belangrijk om te benadrukken is dat deze bedragen gebaseerd zijn op een loon dat verdeeld is over 14 betalingen per jaar, wat betekent dat het maandbedrag hoger uitvalt als extra uitkeringen worden meegerekend.