De Spaanse minister van Defensie kritiek geuit op de beperkte initiële inzet van het leger bij de recente overstromingen in Valencia. Ze benadrukte de frustratie van de militairen, die niet eerder aan de slag konden. Een besluit dat volgens de landelijke minister bij de regionale overheid, de Generalitat Valenciana, lag.
In heel Spanje wordt actie ondernomen om hulp te bieden in het rampgebied in de regio Valencia. Na de eerste dagen van chaos, worden reddingsacties steeds beter georganiseerd. Tegelijkertijd komen ook de eerste politieke strubbelingen naar boven. De landelijke minister van Defensie, Margarita Robles, gaf vrijdag aan dat het Spaanse leger ontstemd was omdat het niet eerder werd ingezet in de overstroomde gebieden.
Volgens Robles lag de beslissing over de inzet van het leger bij de Generalitat Valenciana, onder leiding van president Mazón. De regiopresident koos ervoor de hulp te beperken tot de Militaire Noodhulp Eenheid (UME) en alleen in de regio Utiel-Requena. Robles benadrukte dat het leger vanaf het begin klaarstond om op meerdere locaties bij te springen, maar dat de leiding over de noodsituatie bij de Generalitat lag, niet bij de centrale regering.
Militaire hulp in rampgebied inmiddels uitgebreid
De militaire inzet is inmiddels flink uitgebreid. Op vrijdag 1 november werden 500 soldaten van alle drie de krijgsmachtonderdelen ingezet voor zoek- en reddingsacties. Deze troepen voegden zich bij de al aanwezige 1.200 leden van de UME. Later die dag zouden nog eens 250 ingenieurs aansluiten, zodat er tegen het einde van de dag 2.000 militairen actief waren in de getroffen gebieden. Zaterdag zouden volgens de minister van Binnenlandse Zaken nog eens 500 extra troepen arriveren.
Valenciaanse regering ontstemd over ´ontrouw´ minister van Defensie
Ruth Merino, woordvoerster van de Valenciaanse regering, beschuldigde Robles van “ontrouw” en “spelen met het leed van de mensen”. Merino benadrukte dat de UME direct heeft gereageerd op de noodsituatie. Ze noemde Robles’ kritiek ongegrond en schadelijk, juist omdat regiopresident Mazón en de minister van Binnenlandse Zaken samen eenheid en steun lieten zien bij de inzet van noodhulp. Ze riep Robles op tot samenwerking en vroeg haar de reddings- en hulpacties niet te verstoren.
Robles verdedigde haar uitspraken door te stellen dat het niet gaat om het aantal ingezette militairen, maar om de specifieke capaciteiten en middelen die nodig zijn. Ze prees Mazón dat hij inmiddels beseft dat het belangrijk is militairen in te zetten. Ze uitte echter ook haar ongenoegen over de initiële beperking van de militaire operaties. Het leger, zei Robles echter, zal Valencia blijven ondersteunen met alle middelen die nodig zijn, vanuit heel Spanje.
Militairen bieden hulp op allerlei vlakken
Het leger heeft een breed scala aan eenheden ingezet. Er zijn niet alleen manschappen aanwezig voor de reddingsoperaties en het puinruimen, maar ook militairen die voedsel verspreiden in getroffen gebieden en ter plaatse andere nodige hulp bieden. De minister van Defensie benadrukte de emotionele impact op de militairen, van wie sommigen familieleden in de getroffen gebieden hebben of zelfs van verlof zijn teruggekeerd om te helpen. Ze prees hun inzet en toewijding en onderstreepte dat het leger, aanwezig was en zal blijven zolang dat nodig is.
Inmiddels is een grootschalige militaire operatie op gang gekomen. Vanuit verschillende plekken in Spanje zijn militairen en materiaal in het gebied samengebracht. Het leger zal niet alleen fysieke ondersteuning bieden, maar ook helpen een solide hulpoperatie op te zetten. Samen met de lokale hulpdiensten wordt gekeken naar de behoeften van de bevolking en het herstel van de infrastructuur in de getroffen regio´s.
Lees ook: Golf aan solidariteit komt op gang in gebied watersnoodramp Spanje