‘Aena blijft een publiek bedrijf, want meer dan de helft van het kapitaal zal in handen blijven van de overheid’, zo benadrukte de minister van Verkeer Ana Pastor om kritiek op de vermeende privatisering voor te zijn. De overheid zal 49 procent van het kapitaal in Aena verkopen. 28 procent hiervan gaat via de beursgang en 21 procent zal worden verkocht aan aandeelhouders die zullen worden gekozen op basis van een openbare aanbesteding.
De beursgang is voor het einde van dit jaar gepland en werd begin 2013 al voor het eerst aangekondigd. Sinds de mislukte verkoop van de Spaanse nationale loterij zal dit het grootste privatiseringsproject in Spanje zijn. De overheid hoopt dat de beursgang van Aena circa vijf miljard euro zal opleveren. Ondanks veel kritiek op deze stap is de Spaanse overheid er volgens Pastor van overtuigd dat de gedeeltelijke privatisering er verder toe zal bijdragen dat het Spaanse netwerk van luchthavens overeind kan blijven.
Spanje heeft met 49 internationale luchthavens het grootste aantal van Europa. Aena baat er 47 van uit, waaronder de twee grootste Barajas in Madrid en El Prat in Barcelona. Om mede het tekort van 850 miljoen euro weg te werken verhoogde Aena in maart dit jaar nog de vliegtaks met 2,5 procent voor bedrijven die gebruik van de aangesloten luchthavens willen maken. Inmiddels is het tekort geslonken tot 250 miljoen euro. Dit werd onder meer bereikt door de afgelopen jaren sterk op personeel te korten.
Pastor gaf aan dat tijdens het bewind van de huidige conservatieve regering veel luchthavens van verlies naar winst zijn gegaan, dankzij de maatregelen die de laatste twee jaar zijn genomen. In 2012 stond de helft van de Aena-vliegvelden nog op de rand van een faillissement.