De eerste voorwaarde is dat 11 miljard euro (68,75% van het totaal) naar de gezondheidszorg (9 miljard) en het onderwijs (2 miljard) gaat. De rest moet worden besteed aan zaken die de ineenstorting van inkomsten vanwege de coronacrisis moeten afremmen. Het 'Fondo Covid-19' is het grootste geldbedrag ooit dat de centrale regering aan de regio's overmaakt buiten het normale budget dat de regering jaarlijks voor de regio's vrijmaakt.
ADVERTENTIE
Het bedrag is het drievoudige van de begroting voor de landelijke ministeries van Onderwijs en Zorg en bijna het dubbele van de begroting van dit jaar voor Infrastructuur.
Met 265 nieuwe geregistreerde besmettingen en 67 overleden personen als gevolg van het coronavirus in de afgelopen week is het economisch herstel nu de prioriteit geworden van de Spaanse regering en de besturen van de autonome regio's.
Het fonds van 16 miljard euro werd op 2 mei al aangekondigd en is in dit verband cruciaal. Wel leveren de nieuwe criteria voor de verdeling van het geld verdeeldheid op onder de regio's, met name tussen die bestuurd worden door de PP en door PSOE. 'We hebben het over directe transfers, niet over leningen. De regio's hoeven dit geld niet terug te betalen, het verhoogt niet hun publieke schuld en er wordt ook geen rente over geheven. Het is een definitieve storting', aldus Sánchez op zondag tijdens de wekelijkse videocall met de regionale presidenten.
Vooral de regio's waar Covid-19 het hardst heeft toegeslagen zijn niet blij met de verdeling van het geld. Het bedrag dat besteed kan worden aan de zorg wordt met 1 miljard euro verminderd. Ook komt er geen 1 miljard vrij voor sociale uitgaven. Met de daardoor overgebleven 2 miljard euro wil de regering het onderwijs extra steunen voor wanneer de scholen weer opengaan in september.
Ook is er van het bedrag van 5 miljard euro dat in eerste instantie was beloofd om de terugval in inkomsten te compenseren nu verminderd met 800 miljoen euro. Die gaan nu naar een fonds voor het transport om de openbaar vervoerbedrijven zoals metro's, korte afstandstreinen van Cercanías en interstedelijke busbedrijven te steunen.
