In Spanje zijn er vorig jaar 493.776 mensen overleden. Dat waren er 75.073 meer dan in 2019 wat een stijging van 17,9 procent betekent. Deze cijfers publiceerde het Spaanse Nationaal Instituut voor Statistiek onlangs. Uit het verslag ‘Sterfgevallen naar doodsoorzaak – jaar 2020’ blijkt dat in alle maanden van 2020 het sterftecijfer vele malen hoger lag dan in 2019. De piekmaanden zijn maart en april met respectievelijk 57,1% en 78,4% meer sterfgevallen dan in dezelfde maanden van 2019.
Covid-19 niet belangrijkste doodsoorzaak
Hoewel mensen wellicht als eerste denken aan Covid-19 als voornaamste reden waarom zoveel mensen zijn overleden, staat deze oorzaak pas op een derde plek. Uit het verslag van het INE blijkt dat aandoeningen van de bloedsomloop, zoals aderverkalking, hoge bloeddruk of aneurysma’s, de voornaamste reden is van zoveel sterfgevallen. Deze aandoeningen waren de oorzaak van 24,3 procent van de sterfgevallen.
Op de tweede plaats van doodsoorzaken in 2020 staan tumoren; bij 22,8 procent van alle mensen die vorig jaar overleden, werd een tumor hen fataal. Pas op de derde plaats komen infectieziektes, waaronder Covid-19 wordt geschaard. Van 16,4 procent van alle sterfgevallen was een infectieziekte de oorzaak.
Dood door infectieziekte niet eerder in top-3 doodoorzaken
Hoewel Covid-19 niet de voornaamste doodsoorzaak was, is in vergelijking met voorgaande jaren het aantal sterfgevallen als gevolg van infectieziektes in 2020 met 1.220,4 procent toegenomen. Het coronavirus mag dan wel niet de voornaamste doodsoorzaak zijn in 2020, het virus speelde wel degelijk een aanzienlijke rol in de hoge sterftecijfers die nu door het INE zijn gepubliceerd.
In totaal stierven er vorig jaar meer mannen (249.664) dan vrouwen (244.112). Bij mannen bleken tumoren de nummer één oorzaak van de overlijdens in 2020. Bij vrouwen was dat niet het geval; aandoeningen van de bloedsomloop werden het meest geregistreerd als doodsoorzaak bij vrouwen.