De Europese Unie heeft aangekondigd dat er vanaf 2027 een uniforme limiet geldt voor contante betalingen binnen de lidstaten. Met deze maatregel, die geldt voor alle 27 EU-landen, wil Brussel een einde maken aan de verschillen in nationale regelgeving en het gebruik van contant geld in criminele activiteiten aan banden leggen. Wat betekent dit voor de inwoners van Spanje en de rest van Europa?
Vanaf 2027 wordt het maximaal toegestane bedrag voor contante betalingen binnen de EU vastgesteld op 10.000 euro. Hoewel lidstaten strengere beperkingen mogen opleggen, geldt dit bedrag als de bovengrens. Deze nieuwe regelgeving moet een einde maken aan de ongelijkheid tussen landen. In Spanje en Frankrijk is de limiet voor contante betalingen tussen een particulier en een bedrijf bijvoorbeeld al 1.000 euro, terwijl Duitsland en Nederland momenteel geen limiet kennen.
De EU benadrukt dat deze harmonisatie niet alleen bedoeld is om de verschillen in regelgeving te verkleinen, maar ook om witwaspraktijken en de financiering van criminele netwerken tegen te gaan. Grote contante transacties laten namelijk geen digitaal spoor achter en zijn daarom aantrekkelijk voor illegale activiteiten.
Wat verandert er voor Spanje?
Voor Spanje betekent deze maatregel weinig verandering, omdat het land al strenge limieten hanteert. De huidige grens van 1.000 euro geldt als een van de laagste in Europa. Spanje ziet zichzelf, samen met Frankrijk, als koploper in de strijd tegen fiscale fraude en het misbruik van contant geld.
Ondanks dat Spanje al strenge limieten hanteert, heeft het wel het recht op het doen van contante betalingen vastgelegd in de wet. Het niet toestaan dat een klant contant betaalt wordt op basis van de wetswijziging gezien als een overtreding. Over het algemeen zal het niet accepteren van een betaling in contanten als lichte overtreding worden beschouwd. Slechts onder bepaalde voorwaarden gaat het om een ernstige of zeer ernstige overtreding. De overwogen boete voor het plegen van kleine overtredingen in dit verband varieert van 150 tot 10.000 euro.
Impact nieuwe regelgeving vooral op landen zonder beperkingen
Andere landen, zoals België, Italië en Portugal, hanteren hogere limieten van 3.000 euro, terwijl Polen betalingen tot 15.000 euro toestaat. De nieuwe EU-regelgeving zal vooral een impact hebben op landen zonder bestaande beperkingen, zoals Duitsland, Oostenrijk en Nederland. Deze landen hebben historisch de nadruk gelegd op financiële privacy en persoonlijke vrijheid, maar zullen zich nu moeten aanpassen aan de Europese standaard.
Waarom deze nieuwe regelgeving?
De EU wil met deze limiet het gebruik van contant geld ontmoedigen en daarmee illegale activiteiten aanpakken. Contante betalingen zijn vaak een middel om geld wit te wassen of terroristische activiteiten te financieren. Daarnaast hoopt Brussel de transparantie in transacties te vergroten door het gebruik van elektronische betaalmethoden te stimuleren. Deze bieden meer veiligheid en maken het eenvoudiger om verdachte transacties op te sporen.
Impact op reizen en geldtransport
Naast beperkingen op betalingen gelden er ook regels voor het vervoeren van contant geld tussen landen. In Spanje mag je bijvoorbeeld maximaal 10.000 euro meenemen zonder dit te hoeven aangeven. Voor hogere bedragen moet je een formulier invullen bij de douane of politie. Overtredingen kunnen leiden tot boetes of zelfs de inbeslagname van het geld.
Een verdeeld Europa
Hoewel de nieuwe regelgeving een eerlijker speelveld moet creëren, leidt deze ook tot discussie. Landen als Spanje en Frankrijk steunen de maatregel, terwijl andere lidstaten vrezen voor een aantasting van de privacy en financiële vrijheid. Toch blijft de EU erbij dat deze harmonisatie noodzakelijk is voor een veiliger en transparanter Europa. Vanaf 2027 zal elke Europeaan dus rekening moeten houden met deze nieuwe realiteit.
Lees ook: Hoe de Spaanse belastingdienst ontdekt of je contant geld thuis bewaart